‘Tweede deel Cambodja’

TINEKE WINK

Voordat we naar de eilanden afreizen gaan we eerst naar Kampot, waar we twee nachten in een bamboehutje slapen. Kampot ligt aan de rivier en er is niet veel te doen. Perfect om even naar toe te gaan na de drukte van de steden en de vele indrukken die we er hebben opgedaan. Soms is het ook wel lekker om even helemaal niks te doen. In ons geval betekent dat dan vaak dat we gaan schrijven of een boek gaan lezen.

Kampot

Maar dat wij daarin heel erg verschillen met de andere backpackers van de bamboehutjes merken we al snel. Ten eerste zijn het allemaal hippies met lang haar en dito baarden, dreadlocks en tatoeages. Met ons “doorsnee” uiterlijk passen we daar niet echt tussen. Ten tweede doen ze echt niks anders dan de hele dag blowen. Maar dan ook echt niks anders. We staan met de geur van wiet op (dan zitten er weer twee oude mannen voor ons hutje op een bankje te blowen en te praten over “het leven”) en gaan ermee naar bed. Desondanks is het wel een relaxte plek waar we 1 dag de omgeving verkennen en 1 dag de hele dag bij de rivier zitten. Maar na twee dagen zijn we wel erg blij dat we deze, redelijk doelloze, omgeving kunnen verlaten.

Koh Rong

We hebben in Kampot vervoer geregeld naar de eilanden toe. Eerst met een busje naar Sihanoukville, dat aan de kust ligt, en vervolgens met de boot naar Koh Rong. Omdat we in Sihanoukville nog moeten pinnen voor een week, missen we de boot van 11 uur en moeten we nog drie uren wachten voor de volgende boot. Wat niet heel erg is, aangezien we op het strand kunnen wachten. Eenmaal op de boot zijn we in mum van tijd in Koh Rong. We komen aan in Koh Tuich Village, het backpackersgedeelte van het eiland. Hier hebben we voor de laatste 3 nachten accommodatie geboekt. De eerste 4 nachten slapen we in Sok San Village. Het lijkt ons wel leuk om meerdere kanten van het eiland te beleven. Om in Sok San Village te komen kunnen we met een boottaxi naar het eiland. Er zijn momenteel nog geen (geasfalteerde) wegen op Koh Rong dus tuktuks rijden er niet. Ik kijk uit naar een relaxt boottochtje. Tot de local ons komt mededelen dat er problemen met de boot zijn en hij ons voor dezelfde prijs met de scooter brengt. Die staan al voor ons neus. He, met de scooter? Maar er zijn toch geen wegen? En hoe moet het met onze zware backpacks dan? Ik voel druk omdat ze al (ongeduldig) staan te wachten, dus stap ik met tegenzin achterop. Een alternatief weet ik even niet te bedenken, terwijl we achteraf heus wel ergens anders een boottaxi hadden kunnen regelen. De weg ernaartoe is vreselijk, of nou ja weg.. die is er dus amper. De route is vol kuilen, plassen, zand en andere obstakels. Ik weet wel dat ze jarenlang ervaring hebben (zelfs kinderen rijden hier op scooters), toch zit ik absoluut niet lekker. Na een half uur met een zware tas en samengeknepen billen, ben ik opgelucht als we eindelijk het dorpje bereiken. Een ding weet ik zeker – als we terug gaan pakken we sowieso een boottaxi!

Sok San Village

Ik ben meteen verliefd als we zien waar we de komende dagen zullen verblijven, wat een geweldig dorpje! We slapen in een homestay aan het strand (niet pal aan het strand maar wel dichtbij). Het dorpje bestaat uit hutjes, een aantal kraampjes met eten en drinken, een handjevol restaurants en het enige verkeer zijn fietsers en scooters. Ik verbaas me er nog altijd over dat locals soms met z’n vijven op de scooter zitten (inclusief baby’s) en dat kinderen al een scooter besturen, met vaak nog een jonger kind achterop. Het is een heerlijk authentiek dorpje met het mooiste strand dat we tot nu toe hebben gezien tijdens onze reis. Maar authentiek blijft het niet lang meer vrees ik. Er zijn investeerders die Koh Rong voor 70% bezitten. Zij gaan dit eiland de komende jaren omtoveren tot een tweede Bali. Dat is nu al goed te zien. Overal zijn ze resorts aan het bouwen, bomen aan het kappen en wegen aan het aanleggen. Zo zonde… Vooral omdat het simpele eilandleven hiermee verloren gaat en het te toeristisch wordt.

Maar nu hoeven we het strand gelukkig nog niet met honderden toeristen te delen, zien we meer locals dan toeristen en zijn er nog geen winkels maar alleen kraampjes. Alleen spreekt niet iedereen (goed) Engels hier en dat is soms wel lastig als je iets wil bestellen. Zo bestel ik een keer een broodje peanut en vraag of dat peanutbutter is. Ja, zegt hij en vervolgens krijg ik een broodje met kaas en bacon. Ik zeg dat ik dit niet heb besteld maar hij beweert van wel. Ik eet hem toch maar gewoon op, pindakaas zou hier toch niet zo lekker zijn als in Nederland 😉 Later krijgen we bij een ander tentje een menukaart waar elk gerecht is voorzien van een foto. Peanut blijkt wel kaas & bacon te zijn. Oke, raar…

Tour

We hebben wel weer eens zin in een boottour. We hebben er tot nu toe twee gedaan in de Filipijnen en het is heerlijk om de hele dag op de boot door te brengen, te zwemmen en te snorkelen en te genieten van een verse lunch op het strand. De boottour die we hier doen is slechts 10 dollar, terwijl we gewend zijn meer dan het dubbele te moeten betalen dus we zijn benieuwd of het wat is. Nou toeristisch is het in ieder geval niet. We hoeven de boot maar met 7 andere mensen te delen dus dat is al een pre. We beginnen met snorkelen. De snorkelsets die we krijgen zijn geweldig. Ze bedekken je hele gezicht en ademen veel fijner dan de gewone. Er zijn niet veel vissen te zien, maar wel heel veel koraal en zee-egels. Het lijkt net of we heel dicht tegen het koraal aanzwemmen, maar dat blijkt optisch bedrog. Na het snorkelen gaan we vissen. Dat heb ik nog nooit gedaan en het is ook niet iets dat ik perse zou willen doen. Maar goed, het hoort bij de tour. Het is wel heel leuk dat Ingrid binnen twee minuten al een vis vangt en de rest ook al snel volgt. Bij mij blijven ze weg. Na een tijdje ben ik er wel klaar mee, ik vind het best wel saai en iedereen heeft nu al meerdere visjes gevangen dus dat lijkt me wel genoeg voor de lunch. Na een dik uur vissen spreekt de tourguide de verlossende woorden uit – “let’s go to the beach”. Yes, nu komt het leukste gedeelte van de tour. We komen aan op een prachtig strand vol met palmbomen. Nu nog totaal niet toeristisch, maar ze zijn er wel een resort aan het bouwen. We vinden een supermarktje dat net geopend is. We moeten zo lachen om de manier waarop het er daar aan toe gaat. Een van de 3 medewerkers loopt ons achterna met een mandje om de biertjes voor ons in te doen. Terwijl we best zelf met twee biertjes kunnen lopen :p De biertjes gaan er goed in, we vergeten de lunch helemaal. Als we terug lopen naar de anderen is iedereen al uitgebreid aan het eten. Gelukkig hebben ze ook voor ons wat visjes en fruit bewaard. Super lekker en verser dan vers. Zonder rijst erbij is het echter niet een volwaardige maaltijd dus zullen we ‘s avonds nog een keer ergens moeten eten. Vinden we helemaal niet erg, omdat het eten zo lekker is in Cambodja is het elke keer weer een feestje om uiteten te gaan 🙂 Na een geweldige zonsondergang en een paar biertjes later is het tijd voor het laatste onderdeel van de tour, zwemmen met lichtgevend plankton! Het is inmiddels al pikkedonker, maar als je met je armen en voeten beweegt in het water verschijnen er lichtgevende sterretjes in het water. Heel bijzonder! Na afloop zijn we helemaal blij dat we voor 10 dollar zo’n geweldige tour hebben gehad. Cambodja verrast ons echt op alle fronten.

Op de laatste dag hier gaat Ingrid duiken. Daar leert ze een Nederlandse jongen kennen waar we ‘s avonds drankjes mee doen en uiteten gaan. Hij zit in een superchill hutje aan het strand vanwaar we mooi de zonsondergang kunnen bewonderen. Daarna hebben we een reservering staan bij een Italiaans restaurant. Het is het enige restaurant waar je moet reserveren omdat het zo’n populaire plek is. Normaal gesproken eten we voor 5 dollar per persoon, nu wel voor 20. Als we dit elke dag zouden doen, zou ik binnen de korste keren blut zijn. Maar ik ben gek op Italiaans en nu hebben we wel een goddelijke pizza en gnocchi, wijntjes en limoncello.

Het is super gezellig en we zetten de avond voort in een onontdekte bar aan het strand, aangeraden door een medewerker van het restaurant. Zo leuk om op een plek te zijn dat nog niet wordt overspoeld met toeristen. Bovendien zijn deze onverwachte avondjes het allerleukst.

Koh Tuich Village

De volgende dag gaan we naar Koh Tuich Village, het backpackersgedeelte. Hoewel Sok San Village fantastisch was, is het ook wel weer heel leuk om nieuwe plekken te ontdekken. We hebben elk restaurant en barretje hier nu wel uitgeprobeerd. Maar ik heb hier wel het lekkerst gegeten en we gaan de locals hier wel missen die we dagelijks tig keer zien, zo klein is het hier. Sommigen hebben we zelfs bijnamen gegeven. Zo is er een heel schattig meisje met staartjes dat steeds onze spullen probeert af te pakken haha. Het is niet bepaald een rustig vaartochtje naar het andere dorpje. Omdat de zee heel onrustig is schommelt het bootje alle kanten op en krijgen we meerdere malen een plens water in ons gezicht, waardoor we zeiknat aankomen. Toch wel blij als we veilig aan de kant staan, al had dit ook wel wat.

Koh Tuich Village is zoals verwacht veel toeristischer en drukker. Toch wonen er gelukkig nog genoeg locals die ons verwonderen. Omdat ze met de scooter op het strand rijden of omdat ze in kleurrijke pyjama’s lopen. Gewoon overdag, op straat. Volwassenen en kinderen. ‘s Avonds gaan we naar een strandfeestje. Maar het is niet echt onze muziek en we ontmoeten ook niet zo boeiende mensen. Sommige backpackers kunnen alleen maar over zichzelf praten en dat is erg vermoeiend. Bovendien wordt er veel drugs gebruikt en zitten we daardoor niet met hen op dezelfde level.

De eerste twee dagen doen we vrij weinig naast chillen op het strand of drankjes doen bij Sky Bar, hier heb je een fantastisch uitzicht over de zee. De laatste dag hier willen we wat actiever doorbrengen, want we zijn hartstikke lui geworden. We gaan vandaag naar Long Beach. Hier kun je met een boottaxi naar toe of lopend door de jungle. Wij kiezen uiteraard het laatste, gezien ons voornemen. Het is pittig omdat je veel moet klimmen en dat is in de hitte best een uitdaging. Maar de route wordt wel duidelijk aangegeven en er hangen touwen om bij lastige stukken af te dalen. Na een uur zijn we op het strand aangekomen. Dit is hetzelfde strand dat grenst aan Sok San Village en waar we heel wat uurtjes gespendeerd hebben. We komen echter aan de andere kant van het strand aan en kunnen ons geliefde dorpje al zien liggen. Er blijken aan deze kant geen voorzieningen te zijn en ik denk niet dat we het de hele dag uithouden op 1 flesje water. We plakken er dus gelijk er een 7km lange strandwandeling aan vast om in Sok San Village te komen. Wat geweldig is, omdat we vrijwel geen mensen onderweg tegenkomen en het strand zo mooi is. Het voelt goed om weer terug in het dorpje te zijn. De strandbedjes waar we altijd op lagen zijn vrij dus de eerste uurtjes brengen we op het strand door. Bijkomen van de wandeling. Daarna lopen we nog even door het dorpje en lunchen op het strand. Het is de lekkerste lunch tot nu toe en de biertjes hebben nog nooit zo goed gesmaakt. Het liefst was ik hier gebleven maar we moeten weer terug naar Koh Tuich Village voordat het donker wordt. We willen onze sportieve dag weer hervatten en kiezen voor de lange wandeltocht door het binnenland. Het is dik drie uur lopen. Het eerste uur is prima, met muziek erbij is het een leuke wandeltocht. Het tweede uur begint de eindeloze weg zonder ook maar iets te zien (alleen af en toe een hutje) te vervelen. Gelukkig komen er nog af en toe nog kinderen enthousiast naar ons toe rennen. Het derde uur heb ik pijnlijke voeten en ben ik er klaar mee. Vooral omdat we geen idee hebben hoe lang het nog duurt. De locals die we tegenkomen kunnen geen Engels en kunnen ons nog net de weg naar het dorpje wijzen maar dan houdt het wel op.

We zijn super blij als we na een tijdje een bekend strand tegenkomen. We zijn dan al helemaal kapot en moeten dan nog meer dan een half uur lopen, maar we weten nu in ieder geval waar we zijn 🙂 Na bijna vier uur lopen ploffen we neer bij een restaurantje waar we op ons eten aanvallen alsof we maanden niet hebben gegeten.

De volgende dag reizen we weer verder, op naar Koh Ta Kiev! Een klein eilandje van 6km2 waar geen wifi en elektriciteit is. Ze verkrijgen stroom via zonne-energie. We slapen in Kaktus, een resort met allemaal hutjes van pas twee jaar oud. We krijgen een heel schattig hutje met eigen terras. Er zit geen deur in, maar we hebben een klamboe om ons bed en de hutjes staan zo ver uit elkaar dat je de buren niet hoort. Voor mij een van de beste accommodaties tot nu toe! Bij het restaurant/bar heb je uitzicht op zee en kun je genieten van zonsondergang. Het is allemaal vrij luxe (voor Aziatische begrippen) en dat is ook te merken aan de prijzen. Voor het diner betalen we het dubbele dan we gewend zijn. De drankjes zijn ook een stuk duurder. Maar wat is het eten hier geweldig! Na het ontbijt kijken we alweer uit naar het avondeten en na het avondeten kijken we uit naar het ontbijt. Omdat het allemaal al boven ons budget is, lunchen we hier niet. Als tussendoor eten we een zakje chips. Ik heb hier een chips verslaving ontwikkeld, want ik eet het echt elke dag haha;) Voor het diner kunnen we kiezen uit twee gerechten. We kiezen altijd voor een gerecht met vis, want niks is beter dan verse vis. De kok belt in de ochtend de lokale markt op het vaste land en baseert zijn menu van die dag op wat vers is.

Nu vraag je je misschien af waarom we niet eens buiten ons resort eten als het zo duur is. Helaas kan dat niet echt. Er zijn maar twee andere accommodaties (met soortgelijke prijzen) en een klein vissersdorpje, maar geen restaurants of winkels. Hierdoor zijn we dus afhankelijk van het eten van ons resort. Alles wordt op een rekening gezet en bij vertrek betalen we deze. Op een gegeven moment hebben we geen flauw idee meer wat we hebben uitgegeven :p Dat we geen elektriciteit hebben vinden we niet erg. Daarvoor hebben we een powerbank en ook bij de bar kun je ‘s avonds terecht om elektrische apparaten op te laden. We missen wel een ventilator voor de klamme nachten, maar ik vind het wel wat hebben dat het ‘s avonds gewoon donker is. We slapen dan ook vroeg en worden wakker als het licht is (soms nog zelfs daarvoor).

Vissersdorpje

Het eiland is heel anders dan we hadden verwacht. We dachten dat er heel weinig toeristen zouden zijn en we midden tussen de locals zouden zitten, maar het is juist andersom. We zitten alleen maar tussen de toeristen. Het resort wordt gerund door Europeanen en er zijn bijna geen locals te bekennen. Hier moesten we in het begin wel een beetje aan wennen, aangezien wij juist fan zijn van plekken waar veel locals en weinig toeristen zijn. Nu voelt het alsof we in Frankrijk zijn, aangezien de kok ook half-Frans is en er veel Fransen zijn. We zijn dan ook blij als we zien dat er een wandelroute naar een vissersdorpje staat aangegeven. Een wandeling van een uur door de jungle, waar de uitzichten continue veranderen. Dan lijkt het weer alsof we door een duinpan lopen en vervolgens door een soort wietplantage.

We komen midden in een mini-dorpje terecht waar we hartelijk ontvangen door een blije local. Ze spreekt geen Engels, maar vraagt ons met gebaren of we wat willen eten. Omdat we best hongerig zijn geworden van de wandeling en ons avondeten in het resort nog acht uren op zich laat wachten zeggen we daar geen nee tegen. Ik loop met haar mee naar een vriezer waar ze krab (no thank you!) en vis (jaa!) aanwijst. Een half uur later krijgen we een heerlijke maaltijd met groente, rijst en vis voorgeschoteld. Zo leuk om weer midden tussen de locals te eten, mijn reizigershart gaat er weer sneller van kloppen. Het resort is super fijn, maar geeft me meer een vakantiegevoel. Wel een hele ontspannende vakantie trouwens. We hoeven hier niets te regelen of te plannen, maar kunnen gewoon relaxen.

Zo zien onze dagen er in Koh Ta Kiev er ongeveer uit.

06.30 – Opstaan. Wat als uitslapen voelt, want vaak ben ik dan al een uur wakker. Zo vroeg opstaan is zo fijn. Het is dan nog muisstil om ons heen, op wat getsjilp van vogels na.
07.00 – Thee halen. Zodra de bar open is halen we meteen een thee. Dit nemen we dan vervolgens mee naar ons hutje en drinken het daar op terwijl we een boek lezen.
09.00 – Ontbijten. We kunnen kiezen uit vier zogenoemde “breakfast delights”. Brood met huisgemaakte jam, brood met eieren (naar eigen keuze bereid), vier verschillende pannenkoeken en yoghurt met muesli en fruit. Ik bestel meestal een pannenkoek. Die met gekarameliseerde banaan is favoriet!
11.00 – Na omkleden en nog wat lanterfanten, gaan we een wandeling maken. De ene dag naar het vissersdorpje, de andere dag naar de andere resorts. Veel meer is er niet te zien/doen. Wel erg leuk om door de jungle te lopen. Gelukkig zijn de paden goed aangegeven.
14.00 – We ploffen neer op het strand om daar een paar uurtjes te relaxen
16.00 – Nog even wat lezen bij het hutje en daar de lunch (lees: chips) veroberen
17.00 – We gaan naar de bar om daar biertjes te drinken en naar de zonsondergang te kijken
19.00 – De medewerkers komen langs om de bestellingen op te nemen. Het is elke dag een verrassing uit welke twee gerechten we kunnen kiezen
20.00-20.30 – Het duurt even, maar dan wordt ons diner gebracht. Hoogtepunt van de dag!
21.00 – Slapen! Omdat er geen elektriciteit is en we dus niet worden blootgesteld aan kunstmatig licht, worden we al vroeg slaperig.

Voor een paar dagen is dit leventje wel heel fijn, maar daarna hebben we ook wel weer behoefte aan een andere omgeving waar we ook wat meer van het leven van de locals meekrijgen. Wel kunnen we zeggen dat we na deze dagen helemaal zen zijn (als we dat niet al waren), kom maar op met die laatste week!

Koh Rong Samloem

Eigenlijk heb je aan 3 weken Cambodja wel genoeg, maar aangezien wij hier vier weken zijn moeten we nog wat extra’s zoeken om te doen. We gaan naar het laatste eiland – Koh Rong Samloem – een kleinere versie van Koh Rong. Het schijnt hier veel relaxter en minder toeristisch te zijn, dus we zijn benieuwd!

We slapen in Mapai Bai village, een vissersdorpje. Er zijn wel meer toeristen dan verwacht, zelfs de guesthouses worden voornamelijk gerund door toeristen. Gelukkig worden de kleine winkeltjes nog gerund door locals en is het er weer lekker rommelig en chaotisch, waar ik zo van hou in Azië. Wel erg duur, Pringles voor 3 dollar en een snickers voor 2(!) dollar bijvoorbeeld… die merkproducten laten we dan ook lekker links liggen. Dat is een nadeel van het eilandleven. Hoewel Cambodja super goedkoop is, zijn de eilanden dat niet.

Boottour

We doen weer een boottour, dit keer voor maar 8 dollar. We gaan eerst naar twee snorkelspots. Bij de eerste spotten we allemaal bizarre zee-egels met felgekleurde ogen. Ik mis hier wel wat variatie, aangezien zee-egels allemaal op elkaar lijken en er weinig vissen te zien zijn. Gelukkig zijn er op de tweede snorkelspot super veel vissen te zien, de een nog mooier dan de ander. Vooral de goudgele zijn zo mooi. Na het snorkelen kunnen we kiezen uit twee uren vissen of chillen op het strand van sunset beach. Makkelijk kiezen, dat tweede natuurlijk! Sunset Beach is een super mooi strandje met een bar en wat hutjes. Hier zwemmen we en drinken we biertjes tot we weer worden opgehaald. De tourguide staat om half 6 onverwachts voor ons neus met de mededeling dat we weer verder gaan. Huh, oh gaan we hier geen zonsondergang zien dan? We halen nog even snel een biertje (want we hebben nog niet genoeg gehad haha) en gaan dan mee met de rest. In de avond staat er nog een diner bij locals op de planning. Voor 3 dollar per persoon kun je mee-eten, wat echt niks is gezien de grote porties die ze hier maken. Het eten is super lekker, curry met vis. De vis die zij hebben gevangen vandaag en waar wij mooi van meeprofiteren.
‘s avonds gaan we naar de bar waar we caipirinha’s drinken en Ingrid’s verjaardag inluiden 🙂

Sihanoukville

Na een paar dagen chillen in Koh Rong Samloem, hebben we ook wel weer zin om naar de stad te gaan. Anderen verklaren ons voor gek als we zeggen dat we een paar dagen in Sihanoukville verblijven, voordat we verder reizen naar Sri Lanka. “Noo don’t go there, it’s horrible.” Ja, dat weten we. We hebben al een glimp van de stad opgevangen en het is inderdaad smerig, onpersoonlijk en lelijk. Maar wat wij willen kan ook in een lelijke stad. Wij willen massages, winkelen, bier uit de tap in plaats van blikjes, goedkopere prijzen, betere wifi, slapen in een kamer in plaats van hutje, films kijken op grote schermen.. kortom – even weer wat meer luxe en mogelijkheden na twee weken op de eilanden. We hebben al zoveel moois gezien deze maand. Wat Cambodja betreft zijn we verzadigd en we zijn klaar voor een nieuw land. Maar eerst nog een paar dagen hier.

Onze hoogtepunten

– De vrolijke dakloze familie waar we elke dag langslopen en die ons elke keer een glimlach op ons gezicht bezorgt.
– Bij een restaurantje staat er een fles rose op de kaart voor een betaalbare prijs. Lekkere wijn is schaars in Azië dus we vragen of we eerst mogen proeven. Hij blijkt super lekker te zijn en we bestellen hier twee avonden achter elkaar een fles wijn. Geluksmomentje!
– Heerlijke voetmassage. Zo’n massage waar je bijna in slaap valt, zo ontspannend is deze.
– Films kijken bij TopCat en NewCinema. Hier kun je een privé-bioscoop afhuren vanaf twee personen. Oftewel een kleine kamer met een bank en een groot scherm. We kunnen uit de nieuwste films kiezen. Wat een geweldig concept!