‘Singapore en Maleisië’

MINKE WINK

Vanuit Bali vlogen we via Jakarta door naar Singapore. Weer een totaal andere wereld. Samengevat in 3 woorden: schoon, georganiseerd en duur. We keken onze ogen uit. Het is totaal niet te vergelijken met andere grote Aziatische steden. Het heeft veel meer weg van een moderne Europese stad. Heerlijk dat alles zo goed geregeld en georganiseerd is waardoor we een keer niet eerst 10 keer verdwalen voordat we zijn waar we willen zijn. Ook bewonderenswaardig hoe ontzettend schoon de stad is! Echt niet normaal. We kwamen er later achter dat kauwgom bijvoorbeeld niet verkocht en gegeten mag worden in Singapore, in het openbaar vervoer mag niet gegeten en gedronken worden en sigarettenpeuken mogen niet uitgedrukt worden op straat. Je wordt gestraft met ontzettend hoge boetes mochten de autoriteiten je betrappen op een van bovengenoemde activiteiten.

We zijn 4 dagen in Singapore gebleven en hebben de eerste dag een shopsessie gedaan op Orchid Road, een straat met tientallen shoppingmalls naast elkaar. De tweede dag zijn we naar de Singapore Zoo geweest waar we onder andere mega grote landschildpadden hebben geaaid en stukjes appel hebben gegeven.

Op onze derde dag besloten we wat meer van de stad te zien en met onze metro-dagpas hopten we van de ene naar de andere wijk. Van het ultramoderne Marina Bay, naar Little India, naar Chinatown en eindigend in de Sultan moskee van het Arabische gedeelte van de stad.

Op de vierde en laatste dag hebben we een kabelbaan gepakt naar Mount Faber en vervolgens naar Sentosa Island in het Zuiden van Singapore. Afgezien van de kabelbaantrip die mooie uitzichten bood was er verder niks te beleven op Sentosa Island. Het is eigenlijk gewoon een groot attractiepark met veel te dure attracties, resorts en nepstrand. Vrij doelloos. In deze 4 dagen vlogen de centen met een rotgang de portemonnee uit en dus besloten we op dag 5 om verder te gaan naar ons volgende land: Maleisië.

Melaka 

Na een ‘easy border crossing’ van Singapore naar Maleisië bracht de bus ons naar onze eerste stop in Maleisië: Melaka. Een klein provinciestadje met veel culturele en historische gebouwen. We kwamen hier in de middag aan en hebben de rest van de dag besteed in de shopping mall en bioscoop. De volgende dag wilden we het stadje bekijken maar het was echt bloedjeheet (39 graden) waardoor we heel sloom en chagrijnig op elkaar werden. We besloten een taxi te pakken naar een reuzenrad dat allang niet meer bestond. De taxi chauffeur zat ons vet op te lichten en wilde meer geld vangen. Uiteraard wilden we dit niet geven en na een scheld en schreeuwpartij van beide kanten zijn we weggelopen. Wat een knakworst. We gingen terug naar de shoppingmall om af te koelen. We waren helemaal klaar met Melaka. ’s Avonds leerden we Diego, een Braziliaanse jongen, uit ons hostel kennen en besloten we die avond met z’n drieën op stap te gaan. De eigenaar van ons hostel wilde ook mee maar bleek achteraf heel vaag en dronken te zijn. Toen de eerste club ging sluiten hebben we hem achtergelaten en zijn we verder gehopt naar andere clubs, waar we tot in de vroege uurtjes op onze blote voeten hebben gedanst. De volgende dag waren we uiteraard brak en hebben we letterlijk niks uitgevoerd behalve filmpjes kijken op de laptop van Diego. Na nog een nachtje in Melaka waren we blij dat we weer verder konden naar onze volgende bestemming. Al met al was Melaka voor ons een combinatie van vaagheid en blijheid.

Kuala Lumpur 

Hoofdstad van Maleisië, en voor mij, mijn eerste stad buiten Europa waar ik mijn eerste reisstappen zette 3 jaar geleden. In Kuala Lumpur hebben we voornamelijk geshopt en in de hop-on hop-off bus gezeten langs de belangrijkste bezienswaardigheden van de stad, waaronder de wel bekende Petronas Twin Towers en de Kuala Lumpur Tower.

We verbleven in Chinatown, het leukste gedeelte van de stad met z’n crappy hostels maar heerlijk straatvoer! Sinds Singapore zijn we groot fan geworden van straatvoer (street food) en dan voornamelijk de Indiase keuken. Echt zo yummie! En spotgoedkoop! Na 3 dagen zweten in Kuala Lumpur reisden we weer verder naar onze volgende bestemming.

Cameron Highlands 

Frisse lucht! Dat was het eerste wat ons te binnen schoot toen we uitstapten in Tanah Rata in de Cameron Highlands, in het Noorden van Maleisie. Met zo’n 24 graden overdag en 16 graden ’s avonds en ’s nachts was het voor ons zowel een verademing als even wennen om hier te zijn. We zijn 2 dagen in Tanah Rata gebleven waarbij we de eerste dag niet veel meer hebben gedaan dan hangen in het internetcafé en een beetje rondlopen in town. De tweede dag hebben we een tour gedaan naar 1 van de grootste bloemen ter wereld: de Raffles. Best wel indrukwekkend om te zien alleen moesten we er wel een dik uur voor door de jungle klauteren. Het zweet klotste uit de poriën en ik werd gestoken door een beest in mijn nek. Conclusie: Jungle is niet ons ding. Al dat zweet en die enge prikbeesten.

Gelukkig bestond de rest van de tour uit theeplantages en aardbeienfarms bezoeken wat echt heel leuk was! ’s Avonds hebben we de EK wedstrijd Nederland-Denemarken in de Jungle Bar van ons hostel gekeken. Meer ons ding! Jammer dat het zo’n gare wedstrijd was.

Georgetown Penang 

Onze volgende bestemming werd Georgetown op Penang eiland. Een groot eiland met hoge gebouwen en lelijke of geen stranden. We wilden dit eiland eerst eigenlijk skippen omdat we weer heel erg behoefte hadden aan mooie stranden maar we moesten hier een visum regelen voor Thailand. We zijn uiteindelijk 2 dagen in Georgetown gebleven. Op de eerste dag hebben we voornamelijk (weer) in de shoppingmall gehangen en de tweede dag hebben we een tripje gemaakt naar Penang hill, vanwaar we een heel mooi uitzicht over het eiland hadden. Voordat we weer terug gingen naar Georgetown maakten we nog een stop bij een enorme, indrukwekkende Boedhistische tempel, de grootste in Maleisië volgens het boekje. Deze was echt heel mooi om te zien!

Langkawi 

Na steden en jungle waren we echt weer toe aan strand. En daar kwam Langkawi in beeld. Een duty free eilandje helemaal in het Noorden van Maleisië. Nou wat een baggereiland. Het was blijkbaar überlaagseizoen want er was bijna niemand en heel veel toko’s waren dicht! Het strand was wel heel chill. Op de dag van aankomst hebben we de hele middag bij het zwembad gelegen met een boek. Dat was alweer een tijdje geleden. ’s Avonds hebben we kilometers gelopen op zoek naar een sportsbar waar we de wedstrijd Nederland-Duitsland konden zien. Uiteindelijk gevonden en met een biertje en een snackje en een handjevol andere Nederlanders keken we de wedstrijd om kwart voor 3 ’s nachts lokale tijd. Na de (dramatische) wedstrijd zijn we gelijk op bed gegaan. De volgende dag werden we ergens ver in de middag wakker en besloten we naar het strand te gaan. Hier hebben we tot zonsondergang gechillt en gewandeld.

Op onze laatste dag in Langkawi zijn we naar een kabelbaan in het Noorden van het eiland geweest vanwaar we op 700 meter hoogte een prachtig uitzicht hadden over het eiland.

Morgen reizen we verder naar Koh Phi Phi in Thailand.

Maleisië en Singapore waren voor ons heel anders dan de Filipijnen en Bali. We hebben voornamelijk cultuur gesnoven in steden als Singapore, Melaka, Kuala Lumpur en Georgetown en heerlijk gegeten in de foodcourts van Maleisië! Wat ons wel heel erg opviel in Maleisie waren de vage mensen die we ‘ontmoet’ hebben. Een korte samenvatting:

– Eigenaar, hostel Melaka; probeerde ons 500 keer te versieren tijdens het uitgaan terwijl zijn vrouw in het hostel sliep waar wij overnachtten. Hij was altijd dronken en supervaag en irritant.

– Staardude, Indiaas restaurant Georgetown; zat ons de hele tijd aan te staren in het restaurant. Zelfs als we allebei geïrriteerd terugkeken bleef hij ons aanstaren. We hebben 3 keer van plaats gewisseld maar hij bleef ons aanstaren vanachter muurtjes e.d. Bizar!

– Snotdude, bus Georgetown; een Chinese vent die ons aansprak in de bus. Hij stond de hele tijd te wankelen en keihard in zijn eigen shirt te snuiten. Ranzig.

– Pisdude, hostel Langkawi; toen we terugkwamen om 5 uur ’s nachts van de voetbalwedstrijd zat er een vent bij ons hostel gehurkt voor zijn deur te plassen. Terwijl hij bezig was probeerde hij een gesprek met ons aan te knopen. Serieus?

– Serveerders, Indiaas restaurant Langkawi; we wilden lunchen bij een Indiase tent. Het duurde een eeuwigheid voordat we geholpen werden. Uiteindelijk kwam er iemand naar ons toe die de bestelling op zou nemen. Sandra vertelde wat ze wilde hebben en toen ik aan de beurt was liep hij midden in mijn verhaal weg. Verbaasd keken we elkaar aan. Na een tijdje probeerden we een andere serveerder aan te spreken en Sandra zei dat ik mijn bestelling nog af moest maken. Hij schreeuwde: ‘no seafood!’ en liep weer weg. We zijn maar weggegaan.

Maar ondanks de vage dudes hebben we enorm genoten van Maleisië! Next stop: Thailand!