‘Eerste stappen in Nicaragua’
MINKE WINK
Met de herinnering aan de helse heenreis in mijn hoofd stap ik om zes uur ’s ochtends vermoeid en met lichte zweethandjes weer in dezelfde ferry als een week geleden. Ik zwaai Utila vaarwel of tot ziens en ga terug naar land. Gelukkig is het water zo vroeg in de ochtend een stuk rustiger wat de terugreis een stuk minder heftig maakt dan de heenreis. In de haven staat een klein busje te wachten dat mij, samen met nog een stuk of twintig andere reizigers, naar León in Nicaragua gaat brengen.
Uren en uren en uren, om precies te zijn twaalf, verstrijken voordat we eindelijk aankomen bij de grens van Honduras naar Nicaragua. De grensovergang is best wel vies en luguber en ik ben blij dat ik niet alleen ben. Onze driver die goed Engels spreekt helpt ons de grens over en niet veel later zijn we in Nicaragua. Het is ondertussen al avond en we moeten nog een paar uur reizen voordat we in León zijn.
Midden in de nacht komen we aan in León. We worden in een straat gedropt met meerdere hostels en omdat ik niet gereserveerd heb ga ik rondvragen bij de hostels. Allemaal vol! Wat? Dat kan toch niet? Ik voel een lichte paniekaanval opkomen maar weet deze snel te onderdrukken. Er is heus wel ergens plek. Ik kom er al snel achter dat ik niet de enige ben die nog geen bed heeft en gelukkig gaat onze driver samen met ons op zoek naar een slaapplek. Niet veel later vinden we die in een beetje schrale homestay maar ik heb wel voor het eerst in tijden mijn eigen kamer voor dezelfde prijs. Ook wel weer fijn. Uitgeput van de lange reis val ik binnen no-time in slaap.
De volgende dag word ik laat wakker en omdat ik geen zin heb om al mijn spullen weer in te pakken blijf ik in de schrale homestay. Het vrouwtje dat beneden woont is wel heel aardig en ik moet het van mijn gebrekkige Spaans hebben want ze spreekt geen woord Engels. Mijn Spaans is helaas tijdens het reizen niet echt beter geworden omdat ik vooral met andere reizigers in het Engels praat en het met de locals bij simpele gesprekjes in het Spaans blijft. Ik moet echt meer aan mijn Spaans gaan werken.
Maar eerst ga ik het schattige stadje bekijken waar op elke hoek van de straat wel een oud kerkje staat. Het centrum is niet zo groot en na een paar rondjes lopen ben ik alweer uitgeput en bezweet van de hitte, het is zo’n 37 graden, dat ik besluit op een terrasje met uitzicht op het plein te gaan zitten met een verkoelend drankje. Ik kom een aantal medereizigers tegen die ik eerder op Utila heb ontmoet en samen blijven we een tijd eten, drinken en chillen. Door de warmte heeft niemand echt veel energie om iets te doen en eigenlijk valt er ook niet zoveel te doen in León. Aan het eind van de middag ga ik weer terug naar mijn homestay waar ik een filmmarathon houd met een ventilator op m’n hoofd.
Ik ben alweer toe aan strand en de volgende dag reis ik naar Las Peñitas, dat ongeveer een half uur verderop ligt, naar een hostel aan het strand.
Las Peñitas
Wanneer ik hier aankom leer ik een Zwitsers meisje kennen en samen met haar ga ik iets eten in een van de weinige restaurants in de buurt. We sluiten de avond af met een paar biertjes in het hostel.
Met ontzettende keelpijn word ik de volgende ochtend wakker. Ik ben al twee dagen snotverkouden maar nu heb ik er ook nog keel- en hoofdpijn bij. Ik neem een ibuprofen en na een ontbijtje ga ik stug op het strand liggen. Na een paar uur word ik geroosterd door het zwarte zand in combinatie met de felle zon en verplaats ik mezelf naar de rand van het zwembad waar ik de rest van de dag blijf liggen. Ik besluit die avond vroeg naar bed te gaan samen met mijn barstende koppijn. Helaas voor mij is er die avond een beach party in het hostel dus ik bereid me alvast voor op een slechte nacht. Terwijl het feest een paar meter verderop losbarst lig ik met een mix van heimwee, hoofdpijn, keelpijn en een dikke snotneus in bed te hopen op wat slaap. Gelukkig pak ik toch nog een paar uurtjes.
Op de grond liggen flessen drank, heel veel zand, wc-papier en een lege condoomverpakking. De dorm is een slagveld en wanneer ik wakker word zie ik in bijna alle bedden twee mensen liggen. Wat is hier gebeurd? Ik voel me nog steeds ziek en ik besluit eerst maar te gaan ontbijten. Na het ontbijt pak ik mijn backpack en laat ik de ranzigheid achter me. Op naar mijn volgende bestemming.
Ik heb gelezen over een ander hostel aan het strand, de Surfing Turtle Lodge, een paar kilometer verderop. Ik wacht op een lokale bus aan de rand van de weg wanneer ik aangesproken word door een schattige Nicaraguaanse jongen. In mijn gebrekkige Spaans probeer ik uit te leggen waar ik heen moet en in plaats van op de bus te wachten brengt hij mij met zijn primitieve bakfiets naar een dorpje een paar kilometer verderop. Vanaf hier moet ik het water oversteken en na een kort ritje in een kleine vissersboot kom ik aan in een soort jungle.
Isla Los Brasiles
Na nog een kwartier lopen door de jungle, met mijn backpack op mijn rug en een eastpack op mijn buik, kom ik compleet bezweet aan bij het hostel. De receptioniste moet lachen en zet gelijk een ventilator op m’n hoofd. Ik vind het hier nu al leuk!
Ik drop mijn spullen in de dorm waar ik de komende nachten verblijf en neem een koude douche. Daarna start ik mijn tour. Echt wauw! Het is echt een hele mooie plek om een paar dagen niks te doen. Ik ben nu al verliefd op dit geweldige, afgelegen stukje paradijs.
Ik kom een Engelse jongen tegen die ik eerder heb ontmoet in Utila en samen gaan we lunchen in het knusse restaurant. Het eten is hier wel wat duurder dan elders in Nicaragua en er is natuurlijk geen supermarkt of iets dergelijks in de buurt, maar het is wel supervers en lekker. Na de lunch duik ik een hangmat in waar ik de rest van de dag blijf hangen, half slapend, half boek lezend.
’s Avonds drinken we biertjes en spelen we met de hele groep van het hostel een leuk spel waarbij we in verschillende teams opdrachten moeten uitvoeren. Later, diezelfde avond verplaatst het gezelschap zich naar het strand, naar de strandbar en het kampvuur. Echt heel gezellig!
De volgende dag moet ik helaas alweer afscheid nemen van mijn Engelse reisvriend, die weer verder gaat reizen. Ik ga op het strand liggen en lees mijn boek uit. Ik blijf nog drie dagen in de Surfing Turtle Lodge en vul deze dagen met chillen, zonnen, en heel veel lezen.
Na drie dagen niks doen wordt het weer tijd om verder te reizen en ik pak de boot en de bus terug naar León.
León
Via de Lonely Planet vind ik een ontzettend knus hostel in León waar ik nog twee nachten ga verblijven. Na een koude douche ga ik lunchen in de stad. Ik was even vergeten hoe warm het hier ook alweer was omdat ik aan het strand toch nog kon genieten van een lekker briesje. De rest van de dag doe ik rustig aan en relax ik in de heerlijke tuin van het hostel.
Op mijn laatste dag in León besluit ik nog een bezoekje te brengen aan de imposante kathedraal aan het centrale plein. Het schijnt een van de grootste kathedralen in Midden-Amerika te zijn. Helaas is hij van de buitenkant bedekt met steigers vanwege werkzaamheden maar vanbinnen is hij ook prachtig om te zien. Het letterlijke en figuurlijke hoogtepunt is het witte dak van de kathedraal waar ik op mijn blote voeten overheen loop en geniet van de mooie uitzichten over León en de vulkanen op de achtergrond.
Na een ontbijtje en de nodige to-do dingen als boodschappen halen, geld pinnen en was wegbrengen, ga ik de rest van de middag aan een heerlijk (privé)zwembad liggen bij een hotel in de stad. Aan het eind van de middag loop ik weer terug naar het hostel waar ik mijn laatste avondje doorbreng onder het genot van een Nicaraguaans biertje. Of twee. Morgen reis ik naar mijn volgende bestemming, Granada.