‘Kuta en de Gili’s’
TINEKE WINK
Op de ochtend voor ik naar Kuta vertrok raakte ik in gesprek met een meisje die daar pas geleden was geweest. Zij raadde me een hostel aan in een rustig straatje in Legian, net buiten Kuta. Zwembad, dakterras, ruime dorms met fijne bedden met dikke dekens, airconditioning en ontbijt inbegrepen. Ik ben gaan googelen en dacht ja, hier moet ik heen! Dit hostel is een van de redenen dat ik, ondanks dat de stad zelf vreselijk was, een geweldige week heb gehad. De eerste nacht was vrij eenzaam. Het hostel opende weer net zijn deuren na een verbouwing dus er was nog vrijwel niemand. Maar in de dagen erna begon het hostel vol te stromen en was er een super leuke groep gevormd met wie ik overdag bij het zwembad rondhing en ‘s avonds uitging. Kom ik meteen bij het tweede punt wat Kuta top maakte: het uitgaan was er geweldig. Misschien was het omdat we met een groep waren of dat we alleen in de wat kleinere bars waren, maar ik heb niks meegekregen van dronken Aussies en massale discotheken (waar ik over het algemeen niet gek op ben, mits het Ibiza is). Alleen op straat was het gekkenhuis, dus het was een kwestie van zo snel mogelijk van A naar B te komen.
Goed, kom ik bij het negatieve van Kuta: allereerst de locals die je vanalles proberen aan te smeren. Rustig op straat lopen was er niet bij, na iedere meter is er wel iemand die iets van je wil ( geld ). Als je langs de souvenirsshops liep werd er op je schouders getikt: ‘want to look in my shop?’ bij de massagesalons drukten ze flyers in je handen, kinderen gingen voor me staan met armbandjes, de scootermannetjes riepen ‘hey darling, yes motorbike yes?’ Dit was nogal vermoeiend…ik heb het ook nergens zo extreem meegemaakt als hier. Daarnaast was het strand vies. Overal lag afval en in het water kon je bijna niet in. Gelukkig hadden we een geweldig zwembad en vermaakten we ons overdag prima daar 🙂
Zuiden
Halverwege mijn week in Kuta kwam Thea ook in Kuta, een Deens meisje die ik in Ubud heb leren kennen en met wie het goed klikte. We huurden een scooter, de Scoopy, en gingen samen met nog een jongen van het hostel naar het zuiden van Bali. Het verkeer in Kuta is nog chaotischer dan in Ubud. De opluchting was dan ook groot toen we eindelijk in een rustigere gedeelte kwamen. Toen kon ik ook meer genieten van het rijden. We kwamen aan in Balangan Beach, een relaxt surfersstrand. Hier ontmoeten we anderen van het hostel die met de taxi waren gekomen. Omdat we waren omgereden was het al vrij laat en de kater belemmerde de wil om verder naar het zuiden te rijden. Dus we zochten hier accommodatie en vonden een simpele kamer in een hutje aan het strand. Wat een wereld van verschil met Kuta: geen verkopers, weinig andere toeristen en een strand dat er wel goed uitzag.
Storm
‘s nachts begon het te regenen, wat overging in een storm. Om 6 uur ‘s ochtends werden we opgeschrikt van een keiharde knal, alsof de bliksem vlakbij ons was ingeslagen. Dit ging nog twee uren door. Ik ben normaal nooit bang voor onweer, maar die nacht was ik echt bang omdat het zo dichtbij klonk. Mijn hart klopte in mijn keel en de opluchting was groot toen het eindelijk ophield. Het hielp ook niet mee dat we in een niet al te stevig hutje sliepen. Na het ontbijt reden we verder naar het zuiden, naar Uluwatu. Het begon op te klaren en het was echt heerlijk om deze route te rijden: veel groen en bijna geen ander verkeer. Het strand van Uluwatu was helaas een tegenvaller omdat er door de storm niks van het strand over was. We besloten terug te rijden naar Kuta. Daar boekte ik met Thea een 2-pers kamer met flatscreen. In de dvd-shop huurden we voor een prikkie een dvd-speler en we kochten wat goedkope (en gekopieerde) dvd’s. We moesten nodig bijkomen! Terwijl heel Kuta waarschijnlijk op stap was op deze zaterdagavond, genoten wij van een relaxte filmavond.
Gili T
Na een week Kuta werd het hoog tijd om verder te reizen, op naar Gili Trawangan (al zegt iedereen Gili T). Dit eiland ligt in Lombok, wat naast Bali ligt. Het toerisme kwam hier pas vanaf de jaren 80 opzetten. In 3 uurtjes kwamen we aan in het havenstadje Padang Bai. Hier bleven we een nachtje slapen voor we onze reis zouden voorzetten naar Gili T.
Het hostel
En weer hadden we geluk met ons hostel, Gili Hostel was zo mogelijk nog beter en leuker dan the Island in Kuta. De kamer was echt huge voor een 7-pers dorm. Omdat we vroeg incheckten, konden we aanspraak maken op de bedden in het verhoogde gedeelte in de dorm. Een super fijn plekje. Alsof je een privékamer in een dorm hebt. Een gewoon bed ipv een stapelbed en genoeg ruimte voor mijn spullen. En weer airco en een warme douche 🙂 het hostel had een fijn dakterras met bar waar alle voorzitavondjes werden gehouden. We hebben er veel leuke mensen leren kennen. Enig nadeel: een groepje Zweedse jongens van een jaar of 20, wiens enige doel was om zoveel mogelijk te zuipen en die dachten dat ze met niemand rekening hoefden te houden. Gelukkig sliepen ze wel in een andere kamer.
Nightmarket
Yeah er was een nightmarket hier, die had ik zo gemist! Sinds Thailand was ik er in Bali namelijk geen een tegengekomen. Het eten was hier veel goedkoper dan elders, dus we waren hier iedere avond te vinden. Iedere avond stonden we bij hetzelfde kraampje en bestelden we hetzelfde: vis, rijst met chili saus en groente. We konden en wilden niks anders bestellen, dit gerecht was het lekkerst wat ik tot nu toe in heel Azië gegeten heb en elke dag keek ik al uit naar dit moment haha. Ik zou alleen al voor deze vis teruggaan naar dit eiland. Leuk aan deze nightmarket waren de lange tafels waar we iedere avond weer met andere mensen in gesprek raakten.
Fietsen
Op een klein eiland als deze was er niet onwijs veel te doen. Ja, je kon gaan duiken, maar dat durfde ik nog steeds niet aan. De dagen vulden we voornamelijk met hangen in het hostel, lunchen en chillen op het strand, eten op de nightmarket en daarna op stap. Voor een dag besloot ik mijn luie ik een schop onder de kont te geven: een beetje beweging kon geen kwaad. Omdat alles hier zo dichtbij is, kwam ik daaraan ernstig tekort. Dus ik zou een fiets huren! Bikeshops genoeg en een leuke manier om het eiland te zien. Soms lag er te veel zand op de weg en moest ik wel afstappen. Op die momenten was het zweten geblazen, maar op de andere momenten was het heerlijk. Mooie verlaten stranden, veel groen en tja, helaas ook wat afval her en der. In een uur had ik het eiland al rondgefietst, dus ik besloot er maar een rondje aan vast te plakken.
Stappen
Drie keer in de week was er een feestje en op de andere avonden was er een bar open tot een uur of 1. Het leuke aan het uitgaan hier is dat iedereen naar dezelfde plek gaat. Zo hoef je niet te twijfelen of je niet naar een andere bar zou moeten gaan. We zijn bijna elke avond gegaan, wat heel veel gezellige avonden opleverde, maar ook een slinkende bankrekening. Want damn, drank is er niet goedkoop. Voor een biertje betaal je al 2 euro, wat voor Aziatische begrippen best veel is. Als je dat vergelijkt met een uitgebreide maaltijd op de nightmarket, wat iets meer dan een euro is…Na een week op Gili T was ik wel een beetje uitgaansmoe en budgettechnisch gezien ook tijd om naar een ander eiland af te reizen. Na 1,5 week samen reizen gingen Thea en ik weer ons eigen weg, maar nadat ik mijn visum heb verlengd ga ik haar opzoeken in Kuta waar ze dan waarschijnlijk is. (Een andere Kuta trouwens, in Lombok). Ik wist dat ik Gili T zou gaan missen, ik heb het hier heel erg naar m’n zin gehad!
Gili Meno
Het volgende eiland was Gili Meno, een kleiner en veel rustiger eilandje op 15 min vaarafstand. Op de boot sprak ik met een jongen die al een tijdje op Gili Meno verblijft en mij op het eiland de weg wees naar goedkope bungalows. Super aardig, het scheelde mij weer een zoektocht. Nu zat ik bijna voor dezelfde prijs als het hostel in een 2-pers kamer. Groot bed voor me alleen en eigen badkamer. Wel een ventilator ipv airconditioning en koud in plaats van warm water, maar toch. Ook wel even relaxt! De eerste nacht sliep ik dan ook 12 uren achter elkaar. Ik denk dat ik er aan toe was. :p ik ben hier 2 nachten gebleven, wat perfect was om bij te slapen, tijdschriften te lezen op het strand (het strand was hier nog mooier!) en te snorkelen. Het water is zo helder hier, dus ik zag enorm veel gekleurde vissen, een enge slang en veel dood koraal. Helaas geen schildpadden, die je op de Gili’s als je geluk hebt ook in het water kunt vinden.
Gili Air
Op Gili Meno kwam ik er achter dat er geen(!) pinautomaten waren, gelukkig kon je hier wel geld wisselen en hielp de 20 dollar die ik nog in m’n portemonnee had zitten me de laatste dag door. Van het laatste geld kon ik ook nog een bootkaartje naar Gili Air kopen, die gelukkig maar 25.000 kost (minder dan 2 euro). Maar toen ik op het eiland kwam deed mijn pas het niet in de enige pinautomaat die er te vinden was 🙁 Dus ben welgeteld 4 uurtjes op dit eiland gebleven en heb de boot van 3 uur terug naar Gili T gepakt. Hier zijn tenminste wel genoeg pinautomaten…ik kan natuurlijk terug naar Gili Air, maar dat vind ik zo’n heen en weer gevlieg en stiekem vind ik het wel weer leuk om terug te zijn in Gili T. Vanavond weer vis eten haha. Vanaf Gili T ga ik naar Mataram (hoofdstad van Lombok) om mijn visa te verlengen. Misschien kom ik over een paar weken nog wel terug in Gili Air. In die paar uur dat ik er was vond ik het er heel relaxt. Levendiger dan Gili Meno en minder toeristisch dan Gili T. Ik heb nog genoeg tijd en reizen is hier toch zo gemakkelijk en goedkoop!