‘Kleurrijke steden bezoeken en kerst vieren in Bacalar’
TINEKE WINK
Op maandag reizen we weer verder naar Valladolid, dat op 1,5 uur rijden van Tulum af ligt. Valladolid is een kleine koloniale stad en de perfecte uitvalsbasis voor een aantal bezienswaardigheden in de omgeving. Denk aan Maya tempels, de gele stad Izamal, meerdere cenotes en roze meren. We checken in bij onze nieuwe accommodatie. We zijn enorm verrast als we deze plek zien, ook al kennen we de foto´s al van Airbnb. In het echt is het groter en kleurrijker. Voor 12 euro per persoon per nacht hebben we hier een kamer met twee tweepersoonsbedden, een gedeelde keuken en een ruime kleurrijke patio met zwembad en ligbedden. Zo kunnen we het maken van uitstapjes mooi combineren met ontspannen bij het zwembad. We hebben hier namelijk maar liefst 9 nachten geboekt. Het bijzondere is dat je hier midden in het centrum zit, maar dat het hier een oase van rust is. Als je de patio uit loopt komt het drukke verkeer en de bedrijvigheid in de straat je tegemoet.
Calzada de Los Frailes
Valladolid heeft leuke kleurrijke straatjes. De mooiste straat van Valladolid is Calzada de los Frailes. Hier staan kleurrijke, koloniale huizen en je kunt er souvenirwinkels, concept stores, ateliers, barretjes en restaurants vinden. Ook hangen er vlaggetjes in verschillende kleuren. Ondanks dat dit een toeristische straat is, voelt het er altijd heel rustig aan. Hier zijn geen opdringerige verkopers. Net als in Tulum kun je hier ook heerlijk eten. Ik heb het heel vaak over eten in mijn reisverslagen, maar het is dan ook één van de hoogtepunten van de reis, omdat we niet verwacht hadden hier zo lekker te kunnen eten. Zo zijn we helemaal enthousiast als we het vegetarische restaurant Le Kaat ontdekken. Deze heeft bijna dezelfde menukaart als La Hoja Verde in Tulum. Ons favoriete restaurant daar is dus met ons meeverhuisd naar Valladolid 😊 We eten hier dan ook bijna elke dag en proberen alles van de menukaart uit wat ons lekker lijkt en dat is nogal veel. Falafel bowls, verschillende pasta’s en pizza’s, Boeddha bowls (met veel groente), taco’s, risotto, burgers. Genoeg om uit te kiezen dus. Daarnaast heeft dit restaurant ook een grote binnentuin met grote planten en palmbomen en hele leuke muziek. Ook ontdekken we een geweldig koffietentje dat in eerste instantie niet echt zichtbaar is als koffietentje. Kuxtal Café & Mexican Art is een kleurrijk winkeltje en koffiespot met maar drie zitplekken aan een open raam. Je kijkt hier uit over de straat en het is dus leuk mensen kijken. De cappuccino smaakt hier fantastisch, dus dit wordt dan ook mijn favoriete koffietentje van Valladolid.
De eerste dag blijven we in Valladolid om de stad te verkennen en te chillen bij het zwembad. We zijn heel erg blij dat we zo lang in deze accommodatie blijven. De eigenaar is heel erg vriendelijk en vraagt ons elke keer of we nog iets nodig hebben- We kunnen hier ook gratis ontbijt pakken. Ook al doen we zelf ook inkopen, want die grote potten chocoladepasta zijn nou niet bepaald gezond…
Izamal
De dag erna bezoeken we de gele stad Izamal. Om hier te komen pakken we een bus vanaf een vervallen busstation in de buurt. Anderhalf uur later komen we aan in Izamal, waar we meteen zien dat inderdaad alle gebouwen geel zijn. De belangrijkste bezienswaardigheid in Izamal is het grote oude klooster: Convento de San Antonio de Padua. Dit koloniale gebouw stamt uit 1561 en is, uiteraard, ook geel. Het klooster is gelegen in het midden van het centrum en heeft verschillende ingangen die allemaal naar het mooie binnenplein leiden.
Het voelt alsof je hier helemaal teruggaat in de tijd. Zo kun je ervoor kiezen om een ritje te maken in een paardenkoets. In de brandende zon staan de opgedofte paarden je al op te wachten op het plein. Niet echt ons ding en ook niet zo diervriendelijk wat mij betreft. Het paardenritje slaan we dus over, we gaan liever ter voet het centrum verkennen. Dat overigens ontzettend compact is, dus aan een paar uurtjes doorbrengen in Izamal heb je eigenlijk ook wel genoeg. We slenteren door de gele straatjes, maken foto’s en natuurlijk gaat er ook wat tijd in eten en drinken zitten.
We vinden zo´n leuk plekje waar we koffie drinken, dat we ook besluiten hier te gaan lunchen. Deze plek is een combinatie van een souvenirwinkel, werkplaats en restaurant. Er is een grote tuin waar je plaats kunt nemen. Hier zien we ook een oud vrouwtje tortilla’s bereiden en een werkplaats waar een aantal mensen lampenkappen en manden vlechten. Ook maken ze er souvenirs die ze vervolgens in de winkel verkopen.
Cenotes
Vandaag doen we een poging om naar de toeristische cenote Ik-kil te gaan. Maar nadat we een kaartje op het busstation kopen, wachten we een uur lang tevergeefs op de bus. De cenote gaat al om vijf uur dicht en het loopt inmiddels al tegen drieën. We laten het er maar bij zitten. Om niet zo afhankelijk van het ov te zijn, besluiten we dezelfde dag nog fietsen te huren. Zo kunnen we de volgende ochtend meteen op pad en naar alle cenotes in de buurt gaan. We beginnen bij een cenote op een paar kilometer afstand van Valladolid: Saamal. Omdat we nog vroeg zijn hebben we de hele cenote voor onszelf. We moeten verplicht een zwemvest aan, maar dat is eigenlijk wel heel fijn. Lekker een beetje in het water dobberen zonder dat je hoeft te trappelen. De cenote is aan de bovenkant helemaal open, waardoor al het zonlicht naar binnen schijnt. Het heldere en zuivere water zit vol vissen.
Op 7 kilometer afstand, in het dorpje Dzitnup, combineren we twee cenotes met elkaar. Van deze cenotes is Samula het mooist. Dit is een cenote binnenin een grot met een kleine opening bovenin waar het zonlicht binnenvalt. Dit heeft iets magisch en zorgt ervoor dat het water in een turquoise kleur verandert. Het water is hier ook kraakhelder. De andere cenote, Xkekén, is ook heel mooi om te zien. Hier is het iets donkerder dan Samula. We zwemmen hier niet, omdat we het een beetje onzin vinden om extra te betalen voor zwemvesten en zonder zwemvest mag je het water niet in. Ik vind dat dit bij de entreeprijs in moet zitten, zoals bij de eerste cenote. Het is hier ook wel heel commercieel, met ontelbare souvenirwinkels en andere kraampjes. Om bij de laatste cenote die we willen bezoeken te komen, fietsen we nog zo’n 7 kilometer verder naar het dorpje Tekom. Midden op het plein is hier nog een cenote voor slechts 30 pesos (€1,50) entree. In vergelijking met de eerste (150 pesos) is dit spotgoedkoop. Het is ook lang niet zo commercieel als de andere cenotes, we hoeven hier geen zwemvest aan en we zijn hier de enige toeristen. Visueel gezien is deze misschien iets minder mooi dan bijvoorbeeld cenote Samula, maar de ervaring is des te leuker.
Veel locals in het dorpje zijn heel erg enthousiast als ze ons zien. Ze zwaaien naar ons en vragen waar we vandaan komen. Als we op het pleintje op een bankje zitten, komt er een jongetje van een kraampje naar ons toe. Of we ook jugo de naranja, sinaasappelsap, bij hem willen kopen. In eerste instantie zeg ik dat we niet hoeven, maar later denken we waarom eigenlijk niet. Die jongen komt helemaal naar ons toe en vindt het vast leuk als we iets bij hem kopen. In plaats van sinaasappelsap kopen we hier ananassap voor omgerekend 50 cent. We zijn helemaal niet gewend aan zulke prijzen. Als we even later ergens in het dorpje gaan lunchen worden we ook weer heel blij van de prijzen. Waarom gaan we niet vaker naar lokale tentjes? Helaas is er een probleem in de keuken en kunnen we alleen uit een paar koude gerechten kiezen. We gaan desalniettemin los: twee cappuccino’s, een worteltaart om te delen, een portie nacho’s en twee baguettes ham-kaas. Om even later weer te snappen waarom we vaak voor de wat duurdere vegetarische/veganistische tentjes kiezen. Voedzamer en veel gezonder. De nacho’s zitten verborgen onder een dikke laag druipende cheddar kaassaus. Op de broodjes zit een overdaad aan saus, wat ik er eerst zoveel mogelijk afschraap. De cappuccino smaakt daarentegen wel goed en ook de worteltaart is prima. We laten veel staan, maar gelukkig is er een kat die ons helpt met eten en wat hapjes van ons krijgt.
Mérida
We wilden eigenlijk een dag naar de roze meren, maar het openbaar vervoer hiernaartoe is vrij ingewikkeld. Je moet ergens overstappen en vanaf daar gaan er maar 2 bussen per dag richting de roze meren. Een tour boeken behoort ook tot de mogelijkheden, maar de hoge prijzen schrikken ons af. Omdat we nog wel iets leuks willen doen op onze laatste dag in Valladolid besluiten we een dagje naar de hoofdstad van Yucatan te gaan, Mérida. Hier is Esther ook geweest en zij is heel enthousiast over deze stad. Dat maakt ons ook nieuwsgierig. Vanuit Valladolid is het 2 uur en 20 minuten reizen dus we besluiten vroeg te vertrekken om alles uit de dag te kunnen halen. Om half 7 ’s ochtends zitten we al in de bus. Ik ga helemaal op in het monteren van een deel van de reisvideo dat de tijd voorbij vliegt. We hebben van tevoren al research gedaan naar leuke plekken voor koffie, lunch en diner. Ook willen we een photowalk tour doen die om 16.00 begint.
Eenmaal in Mérida beginnen we bij Manifesto. Dit populaire koffietentje staat bekend om de goede koffie. Na de koffie wandelen we naar het centrale plein waar we, lekker toeristisch, weer op de foto gaan voor de letters (Mérida). Mérida doet heel erg Spaans aan voor mij, ik heb het gevoel alsof ik in Málaga of Madrid loop. De stad staat vol mooie historische gebouwen, kathedralen en musea. Het is ook een grote stad. Ons eerste keus lunchtentje zit 5 kilometer verderop en je hebt hier geen trams of metro’s zoals in Amsterdam. De route gaat gedeeltelijk over de boulevard en we kunnen onderweg nog genoeg zien, dus waarom niet gewoon lopen? Tot nu toe hebben we nog geen één taxi gepakt, waar we al veel geld mee hebben bespaard. De wandeling voelt ook niet zo lang omdat we onderweg een paar keer stoppen om op een bankje te zitten of foto’s te maken. Het laatste stuk, over een industrieterrein, is wel wat saai. We zijn wel helemaal enthousiast als we uiteindelijk bij het vegantentje ChangoMango aankomen. Dit is echt wat voor ons, zo kleurrijk is het. De gepimpte Volkswagen bus maakt het helemaal af. We blijven hier ruim twee uur zitten om te lunchen en smoothies te drinken.
De terugweg lopen we een iets andere route, waardoor we ook weer genoeg zien. De laatste kilometer slof ik wel meer dan ik loop. Het bankje op het pleintje waar we gaan zitten is dan ook een verademing. We wachten hier op Fernando, die om vier uur hier zijn photowalk tour begint. De photowalk tour is een tour waarbij de focus op fotografie ligt. Je krijgt ook van alles te horen over de geschiedenis van de stad, maar het gaat vooral om fotografie. Dit was voor ons ook de reden om juist deze tour te boeken. En ook omdat Esther er zo enthousiast over was. We blijken de enigen te zijn die vandaag een tour hebben geboekt. Fernando laat ons toeristische trekpleisters zien, maar ook veel verborgen plekjes. Hier leert hij ons vanuit verschillende invalshoeken foto’s te maken. We beginnen bij de hoge stoelen waar veel toeristen een foto maken. In plaats dat wij hier ook een foto van maken gaat de camera de lucht in en fotograferen we de toppen van (palm)bomen. Bij de Mérida letters maken we een foto van de andere kant en spiegelen het beeld vervolgens. We maken foto’s waar een lijnenspel goed te zien is of foto’s waar je in eerste instantie geen foto in ziet. Zoals een foto van een deuropening met een fiets ernaast. Sommige beelden hebben het mooiste effect als ze in het zwart wit zijn. Fernando is super enthousiast en vertelt met zoveel passie. De tour heeft veel indruk op ons gemaakt. We hebben nog een uurtje voordat onze bus weer naar Valladolid vertrekt en gaan nog snel een hapje eten bij Mercado 60, een soort foodhallen. Hier bestellen we een (overheerlijke) pizza peperoni om te delen en lopen vervolgens terug naar de bus om daar ons vermoeide voeten weer rust te gunnen.
Bacalar
De volgende ochtend pakken we onze spullen weer in. We gaan de kerstdagen in Bacalar doorbrengen. Dit is een klein dorpje in het zuiden met een meer dat 7 verschillende blauwtinten heeft. Bacalar wordt vanwege de mooie blauwe kleur van het meer ook wel de Malediven van Mexico genoemd. Om hier te komen moeten we overstappen in Tulum. Daar hebben we nog zo’n 1,5 uur voordat de bus vertrekt dus een goede reden om nog even koffie te drinken bij Babel café. Vanaf Tulum is het nog bijna drie uren reizen. Wat ik niet erg vind want ik vind het heerlijk om een beetje uit het raam te staren en podcasts te luisteren.
We slapen in het Kulu Tubohostel op 20 minuten lopen van het centrum. Drie jaar geleden is Sandra hier met Vera geweest en ze waren heel erg te spreken over de gastvrije eigenaren en de ervaring om te slapen in een tube, oftewel een buis. Hun verblijf werd nog onvergetelijker door de blinde wasbeer Coco, die door de eigenaren liefdevol is opgevangen. Check onze blog over slapen in een pod in Mexico. Helaas is Coco inmiddels overleden, hij is vergiftigd door een kikker. In plaats van een wasbeer lopen er wel leuke honden rond. Onze favoriet is Tostada, een dikke hond met korte pootjes. De plek met alle tubes ziet er met name ’s avonds super leuk uit. Overdag kun je wel zien dat het zwembad en het terrein eigenlijk toe zijn aan een opknapbeurt. Het is de kleinste ruimte waar ik ooit in heb geslapen. Er zijn twee kapstokhaakjes en een hoekje waar we onze telefoons kunnen opladen. De rest van onze spullen kunnen we alleen onder het bed kwijt. Omkleden moet om en om vanwege het ruimtegebrek en het tweepersoonsbed heeft het formaat van een twijfelaar. Ingrid moet ook over me heen klimmen om naar de wc te gaan. Het bed is gelukkig wel comfortabel en lang genoeg en dat is voor mij het belangrijkste.
Bacalar heeft een beetje dezelfde hippie vibe als Tulum, maar het is er hier een stuk rustiger. Ook hier is het weer kleurrijk en groen. Het begint bijna saai te worden, maar alles in Mexico is mooi. De eerste dagen is het hier wel een stukje kouder dan we tot nu toe gewend zijn. Overdag is het 30 graden maar ´s nachts en ´s ochtends koelt het flink af. We slapen met een trui aan en fleecedeken over ons heen. De airco blijft dan ook uit. Ik denk dat deze ‘kou’ uitzonderlijk was, want een paar dagen later zijn de nachten al een stuk minder koud. Net als in Valladolid hebben we ook hier een lievelingstentje: Enamora. Het is tegelijk ook het populairste tentje om te ontbijten en lunchen. Zo hebben ze hier heerlijke smoothies en koffies.
Cocktail avond
Na 9 dagen elke dag vroeg op bed liggen, hebben we wel weer eens zin in een avondje uit. In eerste instantie denken we dat Bacalar een slaperig dorpje is, maar dat blijkt niet zo te zijn. We komen een flyer tegen van een feestje bij Yak Lake House. De flyer is van afgelopen oktober, maar we weten nu wel waar we eventueel uit kunnen gaan. En inderdaad, in dit hostel wordt elke dag wel iets georganiseerd. Op onze tweede avond in Bacalar is hier live muziek. Eerst gaan we wat eten en daarna wat cadeautjes voor kerst voor elkaar kopen. Onderweg naar de souvenirwinkels komen we de eigenaresse van onze accommodatie tegen. Ze blijkt een eigen restaurant te hebben en ze biedt ons een gratis drankje aan, een welkomstcocktail die we nog te goed hadden. Hier zeggen we geen nee tegen. We komen hierdoor wat later aan bij de Yak lake hotel, de live muziek is al begonnen. Gelukkig zijn er nog een paar stoelen vrij rond het kampvuur. Hier rooster ik voor het eerst een marshmallow waarvan ik nooit wist dat ie helemaal zwart geblakerd moet zijn. We ontmoeten hier twee hele leuke mensen, een Nederlander en een Zwitser. Zij is opgegroeid in Portugal en heeft een eigen glamping (met lama’s) in Lagos. Heel erg leuk en inspirerend. Het klikt heel erg en het is super gezellig met ze. We worden als laatsten de tent uitgeveegd.
De volgende dag worden we wakker met een kater. Voorlopig geen cocktails en shotjes meer voor ons. We bestrijden de kater met een duik in het zwembad en een gezonde smoothie en lunch bij Enamora. Daarna voelen we ons iets beter. We maken een wandeling naar Los Cocalitos, een perfecte plek als je even een paar uurtjes aan het water wil relaxen. Daar heeft ons brakke lijf wel behoefte aan. Op andere plekken in Bacalar kun je alleen via een steiger het water in. Bij Los Cocalitos kun je op het grote grasveld liggen. In het water vindt je schommels en hangmatten, dus iedereen gaat er los met foto’s maken. Het is een heerlijke plek waar we een paar uur voor pampus liggen en genieten van het heerlijke ondiepe water. ’s Avonds eten we falafel wraps en patat bij Mango Y Chili, een soort Mc Donalds concept (maar dan vegan) waarbij je bestelt en betaalt aan de balie en zelf je tafel afruimt. We genieten volop van de falafel wraps en patat. Precies waar we nu behoefte aan hebben op kerstavond.
Kerst
Ondanks de warmte hebben we wel het kerstgevoel te pakken. Bij Enamora geven we cadeautjes aan elkaar die we voor elkaar hebben gekocht. Ik lig in een deuk als ik erachter kom dat we toevallig hetzelfde cadeautje voor elkaar hebben. We vullen ook ons 2021/2022 boekje in en reflecteren op het afgelopen jaar en onze doelen en dromen voor 2022. Daarna gaan we nog een paar uurtjes chillen bij het zwembad. ’s Avonds eten we pizza en burrito’s en daarna lopen we naar het Yak Lake House voor de karaokeavond. Hier hebben we echt een geweldige avond. We zingen samen ‘Last Christmas’, met twee anderen ‘Jingle Bell Rock’ en de klapper is het nummer ‘Mexico’ van Zangeres Zonder Naam. We vragen of er nog Nederlanders zijn die ons willen vergezellen met dit nummer. We weten dat er in Bacalar veel Nederlanders zijn, maar we hebben geen idee of ze hier ook zitten. Het duurt even voordat iedereen moed heeft verzameld maar dan staat er ineens achter ons een grote groep met Nederlanders. Veel mensen kennen de tekst niet, maar ‘Mexicooo’ weet iedereen mee te blèren. De oude resortbeelden van Mexico die bij de tekst worden vertoond zorgen voor veel hilariteit. Mensen die een nummer aanvragen en zingen krijgen een gratis shotje, maar wij willen vanavond een leuke avond zonder veel drank en slaan alle shotjes af.
Tweede kerstdag heb ik het kerstgevoel ook weer even te pakken als ik videobel met het thuisfront. ’s Middags hebben we een boottour geboekt. We zitten met twee stellen (een Nederlands en Frans stel) op een mooie boot met comfortabele banken. We varen naar drie verschillende cenotes: de Black cenote, de Esmeralda cenote en de Cocalitos cenote. Ook varen we door de Pirates Canal. Hier voeren de piraten vroeger Bacalar binnen. We praten veel met het Nederlandse stel dat tegenover ons zit en we genieten van de zon, het mooie water en de koude biertjes. We sluiten de dag af bij de foodtruck Mi Burrito Bacalar. Hier zijn we de gelukkigen die de laatste twee burrito’s van de dag kunnen bemachtigen. Het personeel is hier heel erg vriendelijk en vrolijk en onze superlatieven over de burrito’s schieten tekort.
Na vijf dagen nemen we afscheid van Bacalar. Wederom weer een plek die we gaan missen. Ik vind het hier nog leuker dan in Tulum. Morgen reizen we verder naar Campeche, een stad bekend om zijn pastelkleurige gebouwen.