‘Kleine dorpjes en vulkanen’

MINKE WINK

Pas aan het eind van de middag, bijna tien uren later, kom ik eindelijk aan in Antigua. Gelukkig heb ik mijn hostel snel gevonden. Mijn slaapplek voor de komende drie nachten is echt geweldig! Het hostel heeft een klein zwembad en stapelbedden voorzien van gordijntjes voor ietsje pietsje meer privacy. Heel erg fijn. Voordat het donker wordt ga ik naar buiten, op zoek naar eten. Ik vind al snel een pleintje met allemaal kleine kraampjes met lokale gerechten. Perfect! Goedkoop en lekker. Uitgeput van de lange busrit kruip ik even later mijn stapelbedje in en schuif ik de gordijntjes dicht. Welterusten.

Antigua

Antigua is echt een geweldig stadje met heel veel oude koloniale gebouwen, kerken, gekleurde huisjes en kinderkopstraatjes. Veel vrouwen lopen hier in traditionele, kleurrijke kleding en overal vind je dezelfde kleurrijke souvenirs en schattige koffietentjes en restaurants. Ik loop door de stad en kijk mijn ogen uit. Wauw! Ik snap dat een stad als Antigua veel toeristen trekt, het is echt heel erg sfeervol en kleurrijk. Ik drink mijn eerste cappuccino in een week in een schattig koffietentje en ga daarna de stad verkennen. En natuurlijk ga ik weer helemaal los met mijn camera.

’s Middags leer ik een leuk meisje uit Arizona kennen en die avond gaan we samen eten in een van de vele restaurantjes van Antigua en delen we onze reisverhalen. De volgende ochtend pakken we een tuk-tuk en tuffen we naar boven, naar het bekende uitzichtpunt Cerro de la Cruz. Vanaf hier hebben we een geweldig uitzicht over het kleurrijke Antigua dat in een dal ligt omringd door vulkanen. Echt heel bijzonder.

Ik slaap die nacht heel erg slecht omdat ik heel erg last van mijn maag heb. Ja hoor, het is weer zo ver. Reizigersdiarree, maagpijn, zwakheid. Vast iets verkeerds gegeten. Omdat we het allebei wel even gezien hebben in Antigua reizen we de volgende dag verder naar het kleine dorpje San Pedro. De rit ernaartoe is echt verschrikkelijk met talloze bochten en gaten in de weg. We schudden en hobbelen alle kanten op en mijn maag protesteert hevig.

San Pedro

Drie uren later komen we eindelijk aan in San Pedro, een klein dorpje aan het meer van Atitlán. Het meer is werkelijk prachtig, omsingeld door indrukwekkende bergen en vulkanen met hier en daar een klein dorpje. Ik voel me alleen zwaar beroerd en eenmaal aangekomen bij ons hostel kruip ik meteen onder de dekens. Een paar uren later voel ik me ietsje beter maar na een klein rondje door het dorp en een lichte maaltijd kruip ik weer mijn bed in.

San Marcus

Ik voel me gelukkig wat beter de volgende dag en na een ontbijtje in het hostel gaan we met de watertaxi naar San Marcus, een ander dorpje aan het meer. San Pedro is rustig, klein en laid back maar San Marcus is voor ons net iets té klein en relaxt. Het dorpje bestaat letterlijk uit drie straten en na een cola in een schattig restaurant met uitzicht over het meer en een rondje door het dorp hebben we het eigenlijk wel gezien. Het water is ineens een stuk ruiger geworden en dus stuiteren we over het meer weer terug naar San Pedro. Sorry maag. De rest van de dag doen we rustig aan en chillen we bij het hostel.

Chichicastenango is een stad met een hele lange naam waar iedere donderdag en zondag ontelbaar veel Maya’s uit alle windstreken naartoe komen voor de kleurrijke Indianenmarkt.

Chichicastenango

Ik neem afscheid van mijn reismaatje uit Arizona en ga een dagtrip maken naar deze stad. Gelukkig gaat het een stuk beter met mijn maag en kan ik deze keer het slingerende shuttlebusje aan. Na twee uren hobbelen kom ik aan in Chichi en niet veel later loop ik door een regenboog van marktkraampjes met kleurrijke kooplieden en handelswaar. Het is echt moeilijk om me in te houden, maar met nog vier maanden te reizen kan ik natuurlijk niet te veel kopen. Maar het kijken, kijken, niet kopen is ook heel leuk!

Op de trappen van het eeuwenoude, charmante witte Sint Thomas kerkje komen handelaren bijeen om wierook te branden en bloemen te offeren aan de Maya god van de aarde. Echt heel bijzonder om te zien.

Na een aantal rondjes over de markt en genoeg souvenirtjes in de pocket besluit ik in een restaurant op een klein balkonnetje wat te gaan eten. Terwijl ik geniet van een heerlijke tomatensoep en een enorme kop thee wordt er op straat druk gehandeld en gebruld. Ik bekijk de taferelen met een grote glimlach en maak natuurlijk af en toe een foto.

De volgende dag besluit ik een ander dorpje aan het meer te bezoeken. Na een ontbijtje in het hostel pak ik de watertaxi naar Panajachel. Na zo’n twintig minuten scheuren over het water kom ik hier aan.

Panajachel

Panajachel is erg toeristisch en een stuk groter en drukker dan San Pedro. Het stikt hier dan ook van de souvenirwinkels en kraampjes. Ik loop door de hoofdstraat naar het meer en merk al snel dat het hier ineens een stuk rustiger is. Het uitzicht over het meer en de vulkaan is echt schitterend, ondanks dat het ontzettend bewolkt is. Ik loop een tijdje door de levendige straatjes van Panajachel en drink een flinke kop cappuccino in een van de vele koffietentjes. Daarna loop ik naar de boot die me weer terugbrengt naar San Pedro.

Na vier relaxte dagen in en om het meer van Atitlán heb ik het hier wel gezien en de volgende dag reis ik weer terug naar Antigua.

Antigua

Aan het eind van de middag kom ik aan in Antigua en ga ik weer terug naar het hostel met het zwembad en de gordijntjes.

Omdat het heerlijk weer is lig ik de volgende dag bijna de hele dag aan het zwembad samen met heel veel andere reizigers die dezelfde dagbesteding hebben. ’s Avonds loop ik nog een paar rondjes door de stad en scoor ik weer eten op de avondmarkt.

Ik kruip vroeg mijn bed in omdat ik voor de volgende dag, mijn laatste dag in Guatemala, een hike heb geboekt naar de Pacaya vulkaan, een van de meest actieve vulkanen in Guatemala. Om 6 uur ’s ochtends word ik, samen met nog twee meiden die in hetzelfde hostel verblijven, opgepikt door een shuttlebusje vol met reizigers. Anderhalf uur later, en nog een beetje slaperig, komen we aan bij het begin van de trail naar de Pacaya vulkaan.

Samen met een gids klauteren we naar boven. Ik merk al snel dat mijn conditie echt tot onder het nulpunt is gedaald want ik ben binnen no time buiten adem. De mooie uitzichten onderweg maken veel goed en er waait gelukkig een verfrissend briesje waardoor mijn hoofd nog net niet ontploft van de warmte en de uitputting. We kijken het eerste gedeelte van de hike uit over twee andere vulkanen omringd door een prachtig groen landschap. Uit een van de vulkanen zien we zelfs een dikke rookpluim komen. Voor ons heel bijzonder om te zien maar volgens onze gids gebeurd dit dagelijks en kijkt de lokale bevolking er niet meer van op.

Aan het eind van onze klim naar boven hebben we een schitterend uitzicht op de Pacaya vulkaan die in 2014 nog is uitgebarsten. Onder de omliggende rotsen, die zijn vrijgekomen bij deze uitbarsting, stroomt nog lava waardoor er warmte naar boven, onder de rotsen vandaan, komt. De gids trekt een zak marshmallows open en prikt ze op een stokje zodat wij ze kunnen roosteren bij de rotsen. Lekker! Die hadden we wel verdiend na die klim naar boven.

Nadat alle marshmallows opgepeuzeld zijn, wandelen en glijden we weer naar beneden en met het shuttlebusje worden we weer teruggebracht naar Antigua. Wat een mooie afsluiter van mijn reis door Guatemala!

In eerste instantie dacht ik dat ik hier anderhalve week zou blijven maar het zijn er uiteindelijk bijna drie geworden, zo verrassend mooi is dit land.

Toch besluit ik verder te reizen naar mijn volgende bestemming. Na een korte laatste nacht in Antigua moet ik om 4 uur ‘s ochtends alweer klaarstaan voor de shuttlebus die me vanuit Guatemala over de grens naar Honduras brengt.