‘Het paradijs op Zanzibar’
TINEKE WINK
Ik schop mijn slippers uit, zodat ik het zachte zand kan voelen. Ik voel de warme wind door mijn haren en ik neem een slok van mijn ijskoude Stoney Tangawizi, een frisdrank met gember erin. Nog beter dan een koude cola. Om me heen hoor ik het geroezemoes van backpackers en andere reizigers. Voor me zie ik de helderblauwe zee. Is dit het paradijs? Ik voel me een digitale nomade, iemand die maar een paar uurtjes per dag hoeft te werken, maar in werkelijkheid hoef ik helemaal niet te werken en leef ik nu van mijn spaargeld. Wat een voorrecht om hier te zijn, in een coronavrij paradijs, zonder mondkapjes, afstandsregels en lockdowns. Nadat we hoorden over de verlenging van de lockdown in Nederland, hebben we hier dan ook nog maar een weekje bijgeboekt.
Reis naar Zanzibar
Met een klein vliegtuigje reizen we van Arusha naar Zanzibar. Voor de zekerheid hebben we mondkapjes bij de hand, maar zelfs in het vliegtuig hoeven we deze niet op. Wat een verademing! Na iets meer dan een uur zetten we de daling al in, ik zie de kenmerkende blauwe zee al vanuit de lucht en daaromheen een oase van groen. We zijn in het paradijs!
We merken gelijk dat het hier een stuk warmer is dan in Arusha. Midden in de brandende zon is het letterlijk naar adem happen, dus dat wordt veel in de schaduw liggen de komende dagen. Het valt ons op dat het hier een stuk drukker en toeristischer is dan tijdens de jeepsafari. Er doemt een enorme rij met Russen voor ons op die in de felle zon staan te wachten totdat ze kunnen boarden. Zelf zitten we in de koelte van de airco, we hebben een transfer die ons in 20 minuutjes naar het Tembo hotel in Stone Town brengt. Hier slapen we de eerste nacht. We slapen met z’n vieren in een enorme kamer met grote spiegels en een droom van een badkamer. Deze is compleet belegd met blauwe stenen en lijkt echt op een hammam ruimte.
De eerste dag staat in het teken van bijkomen. Bijkomen van de intense 5-daagse safari, wat voor mij nu al het hoogtepunt van dit jaar is. Op het strand in de schaduw is het goed vertoeven, je moet alleen de vele strandverkopers op de koop toe nemen. Af en toe neem ik een duik in een van de twee zwembaden. Er is ook een zwembad op het dak, een soort infinitypool. Een zwembad dat lijkt op te gaan in de zee. In dit zwembad kun je ook zitten, ideaal voor als je het in de zon te heet vind maar wel de warmte van de zon op je huid wilt voelen. ’s Avonds gaan we met zijn allen naar de nightmarket. Hier zijn talloze eetkraampjes waar je voor weinig geld een maaltijd kunt scoren. Het is ook een plek waar veel locals samenkomen, echt een aanrader voor als je de lokale sfeer wilt proeven. Ik neem een paar vegetarische samosa’s die heerlijk smaken. Op de terugweg komen we nog een Italiaanse ijssalon tegen, dus als toetje nemen we nog een bolletje schepijs.
Wandeling door Stone Town
Na een goede nachtrust is het tijd voor wat beweging, we gaan vandaag een wandeling door Stone Town maken. Samen met een gids, met wie we om half 9 hebben afgesproken. Helaas komt de regen met bakken uit de lucht vallen, dus we overleggen bij de receptie of we de tour wat later kunnen starten. Stiekem vind ik het wel fijn dat we wat later vertrekken, nu kan ik lekker rustig aan doen bij het ontbijt. Er is namelijk enorm veel keuze en ik wil overal wel wat van eten. Uiteindelijk starten we bijna een uur later, maar dat is geen probleem hier in Afrika. De gids is een mega enthousiaste man die vijf kwartier in een uur kletst. Ik moet moeite doen om hem te verstaan. Hij vertelt veel over de geschiedenis van Stone Town. Door de eeuwen heen hebben verschillende culturen hun invloed gehad en ervoor gezorgd dat Zanzibar geworden is tot wat het nu is. Hij neemt ons vervolgens mee naar de historische bezienswaardigheden, de fruit- en kruidenmarkt, de souvenirwinkels en door smalle straatjes en steegjes. In Stone Town bezoeken we ook het voormalige huis van Freddie Mercury, die hier op Zanzibar geboren is.
Russen in Nungwi
Na de tour pakken we onze koffers weer in en reizen we verder naar de volgende bestemming in Zanzibar: Nungwi. Dit vissersdorpje ligt in net noorden van het eiland en is een van de populairste vakantiebestemmingen van Tanzania. We checken in bij Amaan Beach Bungalows, een mooi resort aan het strand met zwembad. Al bij de receptie valt het ons op dat hier wel erg veel Russen zijn. Een van hen spreekt me zelfs in het Russisch aan. Als ik in het Engels antwoord dat ik geen Russisch spreek loopt ze weer weg. De meeste Russen spreken zelf bar slecht Engels. Zo hebben ze soms zelfs een vertaler bij zich, vaak een Tanzaniaan die Russisch heeft geleerd omdat hier goed geld mee valt te verdienen.
Nungwi voelt verder wel wat massaal aan. We hebben zelf het liefst een mix tussen locals en toeristen, maar hier nemen de toeristen wel de overhand. In Rusland schijnen ze de eerste week van januari nog vakantie te hebben en er gaat sinds kort een rechtstreekse vlucht van Moskou naar Zanzibar. Bij het ontbijtbuffet staan ze in je nek te hijgen (ze hebben weinig geduld) en ze gaan niet altijd even respectvol met het personeel om. Verder hebben we er niet zo veel last van en genieten we van het mooie strand, het zwembad en het uiteten gaan. Dat laatste is hier geweldig, niet alleen omdat ze heerlijke gerechten serveren, maar ook omdat de restaurantjes op hoge palen zijn gebouwd en je hier uitkijkt over de helderblauwe zee. Ook is er een leuke cocktailbar met loungemuziek. We zakken weg in de banken, het is lastig om hier na een heerlijke cocktail weer op te staan.
Kitesurfparadijs Paje
Na een paar dagen in Nungwi gaan we met een taxi naar een ander gedeelte van het eiland, het kitesurfparadijs Paje. We checken dit keer in bij The Waterfront Zanzibar Beach Hotel, hier slapen we in grote bungalowkamers met airco. Het grote pluspunt is het mooie zwembad hier. Het voelt hier al veel kleinschaliger en gemoedelijker dan in Nungwi. Hier zijn wat meer nationaliteiten door elkaar en er heerst een heel fijn laid back sfeertje. De zee heeft een helder groenblauwe kleur, zo’n kleur heb ik nog niet eerder gezien tijdens eerdere strandvakanties. Heel bijzonder! De kitesurfers maken het een kleurrijk geheel. Het strand is wat langer en uitgestrekter dan in Nungwi, dus heel geschikt voor strandwandelingen. Ook hier is het heerlijk om bij het zwembad te liggen, maar we wisselen het wel meer af met andere activiteiten.
Zo begin ik hier de dag vaak al om 6 uur, ik neem mijn yogamat mee naar het strand voor een lesje hatha yoga. Zelfs op dit vroege tijdstip bungelen er al zweetdruppels op mijn gezicht, als ik later op de dag yoga zou doen zou ik een complete waterval zijn. Bovendien is dit een perfect begin van de dag! Een leuke toevoeging is dat ik tijdens mijn yogalesje vaak vergezeld wordt door een hond of kat. Daarna ga ik nog een half uurtje baantjes zwemmen en dan zit de meeste beweging van de dag er wel op. Door de warmte kun je ook niet super veel doen en het is heerlijk om me hier aan over te geven. Alles gaat hier ‘pole pole’, wat ‘rustig aan’ betekent.
Het ontbijt is hier boven verwachting. Stonden we in Nungwi ons nog te verdringen bij het ontbijtbuffet, hier neem je je bestelling op bij het dichtstbijzijnde barretje dat samenwerkt met het resort. Cappuccino drinken voelt weer heel speciaal, omdat we het eerder met oploskoffie moesten doen. Wat vaak ook wel lekker was trouwens, maar ik ben nou eenmaal heel erg fan van melk opschuimen. Daarnaast krijgen we nog vers fruit, een juice, toast met jam en pindakaas, pannenkoekjes en een ei naar keuze gebakken. We gaan ook elke dag uiteten hier, een maaltijd heb je hier al voor 6 dollar. Vooral de visgerechten en curry’s vind ik fantastisch hier. Ons favoriete tentje hier zit pal achter het resort. Ze verkopen hier geen alcohol, dus soms nemen we een fles wijn mee die we van tevoren in de supermarkt kopen. Dat kan hier allemaal gewoon, je mag het er zelfs koud zetten als je dat wil. Iets verderop ontdekken we nog een heel leuk lokaal tentje. Een groepje Russen loopt hier boos weg omdat ze vinden dat het eten te lang op zich laat wachten. Wij wachten geduldig met een biertje tot het eten wordt geserveerd. Het duurt hier allemaal wat langer maar als je de tijd hebt maakt dat niet zoveel uit. Bovendien is het wachten het altijd waard, zo lekker en vers als het eten hier is.
Toevluchtsoord
Er zijn hier veel toeristen, het lijkt hier soms wel een soort toevluchtsoord voor mensen die de coronasituatie in hun eigen land ontvluchten. Naast Russen zijn hier ook veel Europeanen die ook allemaal in een lockdown zitten in hun eigen land. Heel interessant om de verschillende verhalen te horen. Zo spreken we een groep Italianen die het voor hun thuisland verborgen houden dat ze hier zijn. Het is daar namelijk not done om op vakantie te gaan. Zij moeten kunnen aantonen dat het om een noodzakelijke reis gaat. Natuurlijk krijgen wij ook weleens negatieve reacties vanuit Nederland vanwege het feit dat we hier zijn, maar we hoeven het niet verborgen te houden. In onze vrienden en kennisenkring zijn de reacties voornamelijk heel positief. We komen hier en daar ook wat Nederlanders tegen. We spreken een jongen die ook zijn ticket heeft omgeboekt toen hij hoorde over de verlenging van de lockdown. Maar er zijn niet alleen mensen die langer blijven, er zijn er ook die daadwerkelijk emigreren. We spreken een Nederlandse man die hier al een aantal maanden zit. Hij is hier met zijn gezin naartoe verhuisd en heeft zijn eigen kitesurfschool opgezet. Hij wil zijn kinderen niet laten opgroeien in een wereld met mondkapjes en afstandsregels. En nu ik zelf ervaar hoe zorgeloos en vrij het leven hier is begrijp ik dat heel goed.
You are free here
Een toerist verzucht tegen Hope (een super lieve medewerker van Waterfront) dat ze geen zin heeft om terug te gaan naar haar thuisland vanwege de lockdown. “I understand, you are free here” antwoordt zij en dat is exact wat het is. Naast dat we hier vrij zijn, krijg ik zoveel positieve energie van de levenslust en blijdschap van de mensen hier. De hele dag buiten zijn en het zonnetje dat de hele dag schijnt draagt ook bij aan dat geluksgevoel.
Jozani Forest
Na een paar zwembad- en stranddagen hebben we wel weer zin in een tour. We boeken een tour naar het enige National Park op Zanzibar, Jozani Forest. Hier kun je de rode franje aap spotten, die alleen in dit park nog natuurlijk voorkomt. Volgens telling zijn er nog maar zo’n 2.000 van. Je herkent ze aan hun zwart-witte vacht met rode streep op hun rug. Ze hebben maar vier vingers en maar liefst vier magen. Het is een leuke tour, maar wel heel toeristisch. De gids komt niet mega enthousiast over, ik denk dat hij er een beetje moe van is om steeds hetzelfde riedeltje te herhalen. Toch zijn we wel tevreden met hem want hij legt alles wel heel duidelijk en goed verstaanbaar uit. Na het bewonderen van de aapjes rijden we met de gids naar het mangrovebos waar we nog een wandeling maken over een houten boardwalk. Heel mooi en zeker de moeite waard.
Na vier nachten in het Waterfront hotel is het voor Daddy en Esther helaas alweer tijd om naar huis te gaan. Ze hebben een paar dagen van tevoren een covid test gedaan en de uitslag is negatief dus ze mogen vertrekken. Een test doen in Afrika kost wel even wat meer tijd dan in Nederland, maar ze hebben veel hulp gekregen van Hope, dus zo werd de test doen en het resultaat ophalen een fluitje van een cent. Het voelt wel een beetje gek om ineens niet meer met z’n vijven maar met z’n drieën te zijn. Wij blijven nog twee weken langer.