Het paradijs op Zanzibar
TINEKE WINK
Ik schop mijn slippers uit, zodat ik het zachte zand kan voelen. Ik voel de warme wind door mijn haren en ik neem een slok van mijn ijskoude Stoney Tangawizi, een frisdrank met gember erin. Nog beter dan een koude cola. Om me heen hoor ik het geroezemoes van backpackers en andere reizigers. Voor me zie ik de helderblauwe zee. Is dit het paradijs? Ik voel me een digitale nomade, iemand die maar een paar uurtjes per dag hoeft te werken, maar in werkelijkheid hoef ik helemaal niet te werken en leef ik nu van mijn spaargeld. Wat een voorrecht om hier te zijn, in een coronavrij paradijs, zonder mondkapjes, afstandsregels en lockdowns. Nadat we hoorden over de verlenging van de lockdown in Nederland, hebben we hier dan ook nog maar een weekje bijgeboekt.
Reis naar Zanzibar
Met een klein vliegtuigje reizen we van Arusha naar Zanzibar. Voor de zekerheid hebben we mondkapjes bij de hand, maar zelfs in het vliegtuig hoeven we deze niet op. Wat een verademing! Na iets meer dan een uur zetten we de daling al in, ik zie de kenmerkende blauwe zee al vanuit de lucht en daaromheen een oase van groen. We zijn in het paradijs!
We merken gelijk dat het hier een stuk warmer is dan in Arusha. Midden in de brandende zon is het letterlijk naar adem happen, dus dat wordt veel in de schaduw liggen de komende dagen. Het valt ons op dat het hier een stuk drukker en toeristischer is dan tijdens de jeepsafari. Er doemt een enorme rij met Russen voor ons op die in de felle zon staan te wachten totdat ze kunnen boarden. Zelf zitten we in de koelte van de airco, we hebben een transfer die ons in 20 minuutjes naar het Tembo hotel in Stone Town brengt. Hier slapen we de eerste nacht. We slapen met z’n vieren in een enorme kamer met grote spiegels en een droom van een badkamer. Deze is compleet belegd met blauwe stenen en lijkt echt op een hamam ruimte.
De eerste dag staat in het teken van bijkomen. Bijkomen van de intense 5-daagse safari, wat voor mij nu al het hoogtepunt van dit jaar is. Op het strand in de schaduw is het goed vertoeven, je moet alleen de vele strandverkopers op de koop toe nemen. Af en toe neem ik een duik in een van de twee zwembaden. Er is ook een zwembad op het dak, een soort infinitypool. Een zwembad dat lijkt op te gaan in de zee. In dit zwembad kun je ook zitten, ideaal voor als je het in de zon te heet vind maar wel de warmte van de zon op je huid wilt voelen. ’s Avonds gaan we met zijn allen naar de nightmarket. Hier zijn talloze eetkraampjes waar je voor weinig geld een maaltijd kunt scoren. Het is ook een plek waar veel locals samenkomen, echt een aanrader voor als je de lokale sfeer wilt proeven. Ik neem een paar vegetarische samosa’s die heerlijk smaken. Op de terugweg komen we nog een Italiaanse ijssalon tegen, dus als toetje nemen we nog een bolletje schepijs.
Wandeling door Stone Town
Na een goede nachtrust is het tijd voor wat beweging, we gaan vandaag een wandeling door Stone Town maken. Samen met een gids, met wie we om half 9 hebben afgesproken. Helaas komt de regen met bakken uit de lucht vallen, dus we overleggen bij de receptie of we de tour wat later kunnen starten. Stiekem vind ik het wel fijn dat we wat later vertrekken, nu kan ik lekker rustig aan doen bij het ontbijt. Er is namelijk enorm veel keuze en ik wil overal wel wat van eten. Uiteindelijk starten we bijna een uur later, maar dat is geen probleem hier in Afrika. De gids is een mega enthousiaste man die vijf kwartier in een uur kletst. Ik moet moeite doen om hem te verstaan. Hij vertelt veel over de geschiedenis van Stone Town. Door de eeuwen heen hebben verschillende culturen hun invloed gehad en ervoor gezorgd dat Zanzibar geworden is tot wat het nu is. Hij neemt ons vervolgens mee naar de historische bezienswaardigheden, de fruit- en kruidenmarkt, de souvenirwinkels en door smalle straatjes en steegjes. In Stone Town bezoeken we ook het voormalige huis van Freddie Mercury, die hier op Zanzibar geboren is.
Russen in Nungwi
Na de tour pakken we onze koffers weer in en reizen we verder naar de volgende bestemming in Zanzibar: Nungwi. Dit vissersdorpje ligt in net noorden van het eiland en is een van de populairste vakantiebestemmingen van Tanzania. We checken in bij Amaan Beach Bungalows, een mooi resort aan het strand met zwembad. Al bij de receptie valt het ons op dat hier wel erg veel Russen zijn. Een van hen spreekt me zelfs in het Russisch aan. Als ik in het Engels antwoord dat ik geen Russisch spreek loopt ze weer weg. De meeste Russen spreken zelf bar slecht Engels. Zo hebben ze soms zelfs een vertaler bij zich, vaak een Tanzaniaan die Russisch heeft geleerd omdat hier goed geld mee valt te verdienen.
Nungwi voelt verder wel wat massaal aan. We hebben zelf het liefst een mix tussen locals en toeristen, maar hier nemen de toeristen wel de overhand. In Rusland schijnen ze de eerste week van januari nog vakantie te hebben en er gaat sinds kort een rechtstreekse vlucht van Moskou naar Zanzibar. Bij het ontbijtbuffet staan ze in je nek te hijgen (ze hebben weinig geduld) en ze gaan niet altijd even respectvol met het personeel om. Verder hebben we er niet zo veel last van en genieten we van het mooie strand, het zwembad en het uiteten gaan. Dat laatste is hier geweldig, niet alleen omdat ze heerlijke gerechten serveren, maar ook omdat de restaurantjes op hoge palen zijn gebouwd en je hier uitkijkt over de helderblauwe zee. Ook is er een leuke cocktailbar met loungemuziek. We zakken weg in de banken, het is lastig om hier na een heerlijke cocktail weer op te staan.
Kitesurfparadijs Paje
Na een paar dagen in Nungwi gaan we met een taxi naar een ander gedeelte van het eiland, het kitesurfparadijs Paje. We checken dit keer in bij The Waterfront Zanzibar Beach Hotel, hier slapen we in grote bungalowkamers met airco. Het grote pluspunt is het mooie zwembad hier. Het voelt hier al veel kleinschaliger en gemoedelijker dan in Nungwi. Hier zijn wat meer nationaliteiten door elkaar en er heerst een heel fijn laid back sfeertje. De zee heeft een helder groenblauwe kleur, zo’n kleur heb ik nog niet eerder gezien tijdens eerdere strandvakanties. Heel bijzonder! De kitesurfers maken het een kleurrijk geheel. Het strand is wat langer en uitgestrekter dan in Nungwi, dus heel geschikt voor strandwandelingen. Ook hier is het heerlijk om bij het zwembad te liggen, maar we wisselen het wel meer af met andere activiteiten.
Zo begin ik hier de dag vaak al om 6 uur, ik neem mijn yogamat mee naar het strand voor een lesje hatha yoga. Zelfs op dit vroege tijdstip bungelen er al zweetdruppels op mijn gezicht, als ik later op de dag yoga zou doen zou ik een complete waterval zijn. Bovendien is dit een perfect begin van de dag! Een leuke toevoeging is dat ik tijdens mijn yogalesje vaak vergezeld wordt door een hond of kat. Daarna ga ik nog een half uurtje baantjes zwemmen en dan zit de meeste beweging van de dag er wel op. Door de warmte kun je ook niet super veel doen en het is heerlijk om me hier aan over te geven. Alles gaat hier ‘pole pole’, wat ‘rustig aan’ betekent.
Het ontbijt is hier boven verwachting. Stonden we in Nungwi ons nog te verdringen bij het ontbijtbuffet, hier neem je je bestelling op bij het dichtstbijzijnde barretje dat samenwerkt met het resort. Cappuccino drinken voelt weer heel speciaal, omdat we het eerder met oploskoffie moesten doen. Wat vaak ook wel lekker was trouwens, maar ik ben nou eenmaal heel erg fan van melk opschuimen. Daarnaast krijgen we nog vers fruit, een juice, toast met jam en pindakaas, pannenkoekjes en een ei naar keuze gebakken. We gaan ook elke dag uiteten hier, een maaltijd heb je hier al voor 6 dollar. Vooral de visgerechten en curry’s vind ik fantastisch hier. Ons favoriete tentje hier zit pal achter het resort. Ze verkopen hier geen alcohol, dus soms nemen we een fles wijn mee die we van tevoren in de supermarkt kopen. Dat kan hier allemaal gewoon, je mag het er zelfs koud zetten als je dat wil. Iets verderop ontdekken we nog een heel leuk lokaal tentje. Een groepje Russen loopt hier boos weg omdat ze vinden dat het eten te lang op zich laat wachten. Wij wachten geduldig met een biertje tot het eten wordt geserveerd. Het duurt hier allemaal wat langer maar als je de tijd hebt maakt dat niet zoveel uit. Bovendien is het wachten het altijd waard, zo lekker en vers als het eten hier is.
Toevluchtsoord
Er zijn hier veel toeristen, het lijkt hier soms wel een soort toevluchtsoord voor mensen die de coronasituatie in hun eigen land ontvluchten. Naast Russen zijn hier ook veel Europeanen die ook allemaal in een lockdown zitten in hun eigen land. Heel interessant om de verschillende verhalen te horen. Zo spreken we een groep Italianen die het voor hun thuisland verborgen houden dat ze hier zijn. Het is daar namelijk not done om op vakantie te gaan. Zij moeten kunnen aantonen dat het om een noodzakelijke reis gaat. Natuurlijk krijgen wij ook weleens negatieve reacties vanuit Nederland vanwege het feit dat we hier zijn, maar we hoeven het niet verborgen te houden. In onze vrienden en kennisenkring zijn de reacties voornamelijk heel positief. We komen hier en daar ook wat Nederlanders tegen. We spreken een jongen die ook zijn ticket heeft omgeboekt toen hij hoorde over de verlenging van de lockdown. Maar er zijn niet alleen mensen die langer blijven, er zijn er ook die daadwerkelijk emigreren. We spreken een Nederlandse man die hier al een aantal maanden zit. Hij is hier met zijn gezin naartoe verhuisd en heeft zijn eigen kitesurfschool opgezet. Hij wil zijn kinderen niet laten opgroeien in een wereld met mondkapjes en afstandsregels. En nu ik zelf ervaar hoe zorgeloos en vrij het leven hier is begrijp ik dat heel goed.
You are free here
Een toerist verzucht tegen Hope (een super lieve medewerker van Waterfront) dat ze geen zin heeft om terug te gaan naar haar thuisland vanwege de lockdown. “I understand, you are free here” antwoordt zij en dat is exact wat het is. Naast dat we hier vrij zijn, krijg ik zoveel positieve energie van de levenslust en blijdschap van de mensen hier. De hele dag buiten zijn en het zonnetje dat de hele dag schijnt draagt ook bij aan dat geluksgevoel.
Jozani Forest
Na een paar zwembad- en stranddagen hebben we wel weer zin in een tour. We boeken een tour naar het enige National Park op Zanzibar, Jozani Forest. Hier kun je de rode franje aap spotten, die alleen in dit park nog natuurlijk voorkomt. Volgens telling zijn er nog maar zo’n 2.000 van. Je herkent ze aan hun zwart-witte vacht met rode streep op hun rug. Ze hebben maar vier vingers en maar liefst vier magen. Het is een leuke tour, maar wel heel toeristisch. De gids komt niet mega enthousiast over, ik denk dat hij er een beetje moe van is om steeds hetzelfde riedeltje te herhalen. Toch zijn we wel tevreden met hem want hij legt alles wel heel duidelijk en goed verstaanbaar uit. Na het bewonderen van de aapjes rijden we met de gids naar het mangrovebos waar we nog een wandeling maken over een houten boardwalk. Heel mooi en zeker de moeite waard.
Na vier nachten in het Waterfront hotel is het voor Daddy en Esther helaas alweer tijd om naar huis te gaan. Ze hebben een paar dagen van tevoren een covid test gedaan en de uitslag is negatief dus ze mogen vertrekken. Een test doen in Afrika kost wel even wat meer tijd dan in Nederland, maar ze hebben veel hulp gekregen van Hope, dus zo werd de test doen en het resultaat ophalen een fluitje van een cent. Het voelt wel een beetje gek om ineens niet meer met z’n vijven maar met z’n drieën te zijn. Wij blijven nog twee weken langer.
Onze volgende accommodatie, Paje by Night, voelt meteen goed. We hebben hier een bungalow met twee kamers en een balkon. Het is al tegen zonsondergang als we hier inchecken. We halen een paar koude biertjes in de supermarkt om op ons balkon te drinken. We hebben nog twee weken in het paradijs in het vooruitzicht en daar proosten we op.
De volgende dag krijgen we een uitgebreid ontbijt voorgeschoteld. Je hebt hier keuze uit verschillende type ontbijtjes: van een simpel Italiaans ontbijt met toast, cake en cappuccino tot een zoet ontbijt met een grote portie yoghurt, vers fruit en pannenkoekjes met honing. Dat laatste is favoriet bij ons, maar helaas is de honing ook geliefd bij de wespen hier. Gelukkig zijn ze hier wel een stuk vriendelijker dan in Nederland.
Paje by Night is relaxt en rustig, er zijn veel mensen die ’s ochtends met hun laptop aan één van de tafels in de schaduw zitten. Je kunt wel zien dat het hier ingericht is voor digital nomads en wij maken daar dan ook dankbaar gebruik van. Schrijven, blogs publiceren, foto’s posten, instagram bijwerken… Het komt hier ook niet vaak voor dat het internet goed werkt. Ook het zwembad met de felgekleurde tegels valt bij ons in de smaak. Dit is echt een plek waar ik voor langere tijd zou kunnen zitten. Aan het strand, supermarktje om de hoek en veel leuke restaurantjes en beachbarretjes in de buurt.
Buiten deze bubbel is een dorpje, waar de locals naar ons zwaaien en de kinderen spelen met alles wat ze op straat kunnen vinden. Zo zien we een groepje kinderen bij een autowrak. Ze gebruiken het als speelgoedauto. Kinderen hebben hier geen (plastic) speelgoed of tablets nodig, maar spelen de hele dag op straat.
Sup tour
We gaan vandaag suppen! Al om zeven uur ‘s ochtends staat er een taxi voor ons klaar en een half uur later komen we aan op de locatie waar de gids ons al opwacht. Met een bootje varen we naar de mangroves. We krijgen hier nog even een korte instructie en gaan daarna met de boards en peddels het water op. Hoewel dit niet de eerste keer is dat ik op een supboard sta, moet ik er wel weer inkomen. Een beetje wankel sta ik op het board. Wat ook niet meehelpt is dat er in de mangroves veel nauwe doorgangen zijn. Ik bots tegen een uitstekende tak en val dan ineens achterover in het water. Gelukkig krijg ik daarna de smaak te pakken en gaat het veel beter. Omdat er geen wind is hoeven we weinig moeite te doen om te peddelen en de enige geluiden die ik hoor zijn die van vogels en het kabbelende water. Het zonlicht schijnt door de mangrovebomen heen, waardoor er mooie lichtbundels ontstaan. Wat is het hier adembenemend mooi.
Na een tijdje komen we bij open water, waar we door de wind wat meer moeite moeten doen om vooruit te komen. We peddelen richting een verlaten strandje. Nou ja onbewoond, het eiland is bijna volledig bezet door vogels. Zodra wij dichterbij komen vliegen ze allemaal weg, wat een spectaculair gezicht geeft. Hier rusten we even uit van de laatste uitputtende minuten en merken we dat een supboard uitstekend fungeert als ligbed. We duiken nog even het water in en ervaren het ultieme Expeditie Robinson gevoel. We zijn helemaal alleen op dit verlaten strand. Na een korte rustpauze peddelen we weer verder over het open water, we hebben de wind nu vol in ons gezicht dus het peddelen wordt zwaarder. Ik heb het gevoel dat ik amper vooruit kom. Gelukkig is daar het mangrovebos al in zicht, vanaf hier gaat het peddelen weer moeiteloos. Helaas zijn we nu ook op het einde van deze fantastische tour, ik had nog wel uren op het supboard kunnen blijven staan. We eindigen de tour met vers fruit en water. Terug in Paje blijven we de hele middag bij het zwembad dat we helemaal voor onszelf hebben.
Mustapha’s Place
Na vier nachten in Paje by Night is het tijd om uit te checken. Eigenlijk zou vandaag onze terugvlucht zijn, maar we blijven acht dagen langer. Paje by Night is volgeboekt, net als veel andere accommodaties in Paje. Er zijn duidelijk meer mensen op het idee gekomen om hier langer te blijven. We vinden iets in Bwejuu, een dorpje vlakbij Paje. Bij Mustapha’s Place zijn bungalows voor drie personen, ideaal. Voor 16 euro per persoon per nacht inclusief ontbijt is dit spotgoedkoop. De badkamer moeten we echter wel delen en de bungalow is piepklein. Het voelt weer een beetje als backpacken, in Azië sliep ik ook vaak in simpele hutjes. Het voordeel van deze plek is dan wel het enorme zwembad in de vorm van Afrika. Daarnaast heb je hier het gevoel alsof je in de jungle bent, omringd door planten en bomen.
Hier zitten we wel wat verder van de leuke restaurantjes vandaan, maar dat half uurtje lopen op het strand is juist wel goed voor ons. Even die biertjes eraf lopen. We ontdekken nog een heerlijk lokaal restaurantje, Luciana, waar het vaste prik wordt om uitgebreid te lunchen. Elk gerecht dat je kunt bedenken staat hier wel op de kaart, inclusief lokale specialiteiten zoals Biryani Masala. Ze hebben in dit restaurant zelfs speciaal iemand aangesteld om deze heerlijke gekruide curry’s te bereiden.
Mr. Kahawa
De volgende dag nemen we onze (yoga)matjes en handdoeken mee naar het strand voor ons ochtendsportritueel. Halverwege komt er een schattig hondje om aandacht vragen en onze slippers vallen in de smaak als speelgoed. Daarna valt de regen ineens met bakken uit de lucht, dus we ruimen onze spullen maar op. We willen baantjes zwemmen maar aangezien het zwembad wordt schoongemaakt duiken we de zee maar in. Echter blijft het ondiep dus zwemmen is onmogelijk. We kunnen er wel om lachen, morgen weer een dag.
Allen, onze jeepsafari gids en tevens de lokale agent waar het Andere Reizen mee samenwerkt, is in Zanzibar voor werk. We spreken met hem af bij Mr. Kahawa (wat koffie betekent in Swahili) om bij te praten. Dit koffietentje is echt een plek waar je urenlang kunt blijven zitten en dat doen we dan ook. Je bestelt en betaalt bij de bar, dus daarna kun je zo lang blijven zitten als je wilt. Vooral op de warmste uren van de dag is het hier goed vertoeven onder de schaduwrijke bomen. Het is gezellig om weer bij te praten en als afscheidscadeautje krijgen we ook nog een t-shirt met het logo van zijn bedrijf. Het is fijn om hier contacten te hebben mochten we ooit terug willen komen (en dat doen we zeker!).
The Rock
De volgende dag gaan we lunchen in een wel heel speciaal restaurant, The Rock. Zoals de naam al zegt ligt dit restaurant op een rots voor de kust van Michanwi Pingwe Beach. Als het eb is kun je hier naartoe lopen, als het vloed is ga je met een bootje. Het restaurant heeft een hoge wauw-factor. Ik heb nog nooit zo’n bijzonder restaurant gezien. Op het terras kun je genieten van een geweldig uitzicht over het azuurblauwe water van de Indische Oceaan. Op het menu van The Rock staan – hoe kan het ook anders – heel veel visgerechten. De meeste vis wordt gevangen in het rif rondom het restaurant. Hoewel het wel vier keer zo duur is als eten in een lokaal restaurant, is de ervaring het meer dan waard. Veel mensen bestellen er alleen een drankje voor de vorm en houden vervolgens talloze fotoshoots op deze bijzondere plek.
Na de heerlijke lunch lopen we nog door het water naar een zandbank, zorgvuldig de zee-egels proberen te ontwijken. Wij dachten al hele mooie stranden te hebben gezien in Zanzibar, maar dit strand is ook bijzonder mooi.
Live muziek
Het is weer tijd voor een cocktailavondje. Meestal drinken we cocktails bij Mahali, onze favoriete beachbar in Paje. Nu proberen we een ander tentje uit. Als we net zitten, is het personeel al druk bezig met alle andere stoelen weg te halen. Blijkbaar zitten we hier vlak voor sluitingstijd. De cocktail is ook meer een mocktail (zonder alcohol) en drinkt weg als limonade. We gaan weer terug naar Mahali voor betere cocktails. We komen er ook achter dat er vanavond live muziek is en dat geeft een hele fijne toevoeging aan de avond. De band speelt loepzuiver, de muziek gaat van mellow naar up tempo en op een gegeven moment is iedereen aan het dansen, een mix van locals en toeristen. Zelfs het personeel doet mee. Er ontstaat een Afrikaanse polonaise waar we ook aan mee doen. Op dat moment besef ik weer hoe bijzonder dit is en tegelijkertijd dat dit normaal zou moeten zijn.
De volgende dag zijn we een beetje brakjes van de paar cocktails die we hebben gedronken. We doen dan ook lekker rustig aan. We wandelen weer over het strand naar Mahali, maar dit keer laten we de cocktails voor wat het zijn. We bestellen patat, want dat is het allerlekkerste na een uitgaansavondje. En vooruit, nog één biertje om het af te leren. Daarna lopen we weer over het strand terug om de rest van de middag bij het zwembad te liggen.
Tembo hotel
De laatste dagen zijn aangebroken, we gaan weer naar ons favoriete hotel in Stone Town. We hebben wel weer zin in wat meer luxe. Die krijgen we ook als we inchecken bij Tembo en de mega hotelkamer zien. Drie kingsize bedden, enorme spiegels en weer een badkamer in hamam stijl. Hier komen we de komende vier nachten wel door! Ik vind het op reis altijd fijn om basic accommodaties af te wisselen met meer comfortabele plekken. Hierdoor waardeer je de luxe nog meer.
Ik dacht dat ik het lastig vond om Paje te verlaten, maar eigenlijk is het ook wel weer heerlijk om in Stone Town te zijn. Hier zijn wat meer locals en is niet alles ingericht op toeristen. Het strand is minder mooi dan in Paje, maar ze hebben hier in ieder geval geen beach Masai. In Paje werden we regelmatig aangesproken door (mannelijke) locals die zich voordoen als Masai. De Masai zijn een grotendeels nomadisch volk, woonachtig in Kenia en Tanzania. De beach Masai hebben de kledingstijl van deze Masai overgenomen maar lijken verder in niets op de echte Masai die sober leven. De beach Masai zien er vrouwelijk uit en ze pronken graag met hun grote zonnebrillen en sieraden. Ze hangen de hele dag op het strand en proberen in de smaak te vallen bij de toeristen. Dat lukt ook wel vaak, waar wij dus helemaal niks van snappen. In Stone Town zijn daarentegen weer veel strandverkopers, maar ze zijn totaal niet opdringerig dus je hebt er eigenlijk geen last van.
Vaste adresjes
We houden van onze vaste adresjes. Als het ergens goed voelt, waarom zou je dan weer op zoek gaan naar iets beters? Zo is er naast ons hotel een beachbar. Eigenlijk een te grote eer voor wat het eigenlijk is. Meer dan een paar houten tafels en stoelen op het strand is het namelijk niet, maar we vinden het er geweldig. Ze hebben wel een kaart, maar in de praktijk staat er vaak maar één biersoort koud of zijn ze alweer door hun voorraad heen. We vinden het wel wat hebben, lekker op zijn Afrikaans, gewoon bestellen wat er is en geen kaart met eindeloze opties.
We gaan hier ook elke avond naar de avondmarkt waar we voor een paar euro weer een complete maaltijd weten te scoren. We wijzen iedereen vriendelijk af die ons naar de kraampjes probeert te lokken. In plaats daarvan lopen we doelgericht naar ons vaste kraampje, dat ook favoriet is bij de locals. Het is ook het enige kraampje waar een prijslijst hangt en waar ze dus geen hogere prijs kunnen noemen. Het eten is hier spotgoedkoop, zo heb je hier al een portie friet voor minder dan een dollar.
Spice tour
Zanzibar staat ook wel bekend als kruideneiland, omdat hier veel kruiden verbouwd worden. Nadat de slavenhandel werd afgeschaft in het begin van de 20e eeuw, werden kruiden het belangrijkste handelswaar van Zanzibar. Tijdens de Spice tour bezoeken we een lokale boerderij. Hier zien we de kruiden en specerijen die op Zanzibar verbouwd worden, waaronder kruidnagel, vanille, groene peper, nootmuskaat en kaneel. We krijgen een bananenblad waar we alles wat we tegenkomen in verzamelen. Het is een tour waar al je zintuigen op scherp staan. We voelen, ruiken en proeven de verschillende kruiden en tropische vruchten. De gids deelt ook veel interessante weetjes met ons. Zo geef je de durian vrucht aan je geliefde als je iets goed hebt te maken. Dus geen bosje geurende bloemen, maar een vrucht die op sommige plekken zelfs verboden is omdat de geur zo penetrant is. Denk aan zweetsokken of rottend vlees. Toch is deze vrucht hier enorm populair.
Ook gebruiken ze hier veel kruiden als geneesmiddel, vooral voor kleinere kwaaltjes. En wist je dat de rode, groene en zwarte peper van dezelfde plant komen? Aan het einde van de tour kun je kruiden, maar ook vers gemaakte zeepjes en crèmes kopen. Deze zijn volgens onze gids allemaal door de lokale gemeenschap op de boerderij gemaakt. We kopen ginger thee en curry kruiden. Ook proeven we nog verschillende soorten fruit. Zo ontdekken we de rode banaan, die nog veel smaakvoller is dan de originele variant. De passievrucht is hier ook heerlijk, net als de ananas en mango die we hier al veelvuldig hebben gegeten. We krijgen ook nog een klein showtje van de ‘coconut climber’, iemand die met gemak een kokosnoot boom kan beklimmen. We krijgen van hem nog een kokosnoot, heerlijk om dat verse kokosnootwater te drinken en daarna de restjes kokosnoot uit te lepelen.
Prison Island
We hebben de smaak van de tours te pakken, vanmiddag gaan we met een bootje naar het onbewoonde Changuu, beter bekend als Prison Island. Hoewel er inderdaad een gevangenis staat op Prison Island, is deze nooit in gebruik genomen als gevangenis. Wel als quarantaineplek voor mensen met de gele koorts, om te voorkomen dat de ziekte zich zou verspreiden.
We maken ook kennis met de landschildpadden (Seychellenreuzenschildpadden) die hier wonen. Vier exemplaren zijn in 1919 door de Britse gouverneur van de Seychellen cadeau gedaan. Helaas nam hun aantal vanaf de jaren ’60 snel af door stroperij en inmiddels is het een bedreigde diersoort. Op dit eiland werken ze er hard aan om deze soort te beschermen. We zien de schildpadden op hun gemakje rondscharrelen op het eiland. Bizar om te bedenken dat sommige van hen meer dan 150 jaar oud zijn.
Mnemba Island
De volgende dag hebben we een boot tour op de planning staan. Hier heb ik zoveel zin in, als ik ergens intens van kan genieten is dat van varen. De wind door je haren, de zon op je huid, omringd zijn door water, kijken naar de eindeloze verte… We gaan vandaag naar Mnemba Island, een paradijselijk en exclusief privé eiland aan de noordkant van Zanzibar. Het eiland is omringd door een idyllisch wit koraalstrand en het water hier is net zo blauw als een Blue Curaçao cocktail. Het privé eiland heeft één luxe resort van de keten ‘&beyond’. Een nachtje op dit eiland kost al snel 2000 euro. Aangezien Bill Gates hier regelmatig komt gaat het gerucht dat hij de anonieme eigenaar van het eiland is. Je mag het eiland niet op, dus we snorkelen rondom het eiland. Je hebt hier het gevoel alsof je in een aquarium zwemt en er zijn heel veel vissen te zien. We zien vooral heel veel Dory’s (Finding Nemo) en zebravissen.
Als alternatief voor het eiland varen we naar een smalle zandbank. Het stikt hier van de toeristen, wat ook wel heel grappig is. Mijn instelling wat betreft toeristen is wel veranderd. Had ik dit voorheen irritant gevonden, in deze tijd vind ik het vooral heel bijzonder als het ergens toeristisch is. Op deze zandbank komen we ook koelboxbars tegen. Dat is een heel simpel concept: we nemen een koelbox met wat koude biertjes erop tentoongesteld en tada, daar is de koelboxbar. Echt hilarisch om te zien en het werkt ook want wij willen er ook wel één. Met een biertje de zee in is wel echt het toppunt van geluk haha.
Tattoos
Op onze één na laatste dag in Zanzibar gaan we terug naar Paje. Een week geleden zijn Sandra en Minke langsgegaan bij tattooshop ‘one more tattoo’ om kennis te maken met de Italiaanse tatoeëerder. We willen namelijk alle drie een tattoo op Zanzibar laten zetten, ter herinnering aan deze speciale reis. Vandaag is dan de dag dat de tattoo er gaat komen. Minke en ik zetten beide een tattoo op onze onderarm. Minke kiest voor een olifantje en ik voor een yoga infinity tattoo. Sandra gaat voor de klapper: een mandala op haar rug. Die laatste is ook echt zijn eigen ontwerp. Minke en ik gaan eerst en hoewel ik van te voren helemaal niet zenuwachtig was, begint de spanning wel toe te nemen zodra ik in de stoel zit. Maar het is totaal niet pijnlijk en binnen 20 minuten al gebeurd. Bij Sandra is het een ander verhaal, haar tattoo is enorm tijdrovend. Minke en ik gaan in de tussentijd naar Mr. Kahawa om daar te lunchen. Het duurt ruim drie uur voordat Sandra terug is. Met een grote glimlach komt ze aanlopen, onwijs blij met het resultaat én dat het achter de rug is. Het aanbrengen van de schaduwen in haar mandala was namelijk extreem pijnlijk.
Terug in Stone Town gaan we weer naar de beachbar. Het is de laatste avond en we hebben wel een dubbel gevoel over ons naderende vertrek. Van paradijs naar lockdown in de winter is wel een grote overgang. Maar het gevoel van dankbaarheid overheerst. Dankbaar voor de fantastische maand die we hier hebben gehad, nog veel mooier dan ik me had voorgesteld.