Het mysterieuze Tierradentro

ESTHER WINK

Colombia wordt steeds populairder als backpackersbestemming. Toch hoor ik bijna niemand over deze bijzondere en mysterieuze plek in het zuiden van het land. Hoog tijd om Tierradentro in een fotoblog uit te lichten!

Algemene informatie

Colombia telt twee archeologische plaatsen: het populaire San Agustín, dat bekend staat om de standbeelden, en het veel minder bezochte Tierradentro, dat bekendstaat om de vele ondergrondse tombes. Archeologen zijn er overigens nog steeds niet helemaal uit wanneer, hoe en door wie deze tombes zijn gebouwd. Ik heb San Agustín helaas niet kunnen bezoeken, maar ik ben echt super enthousiast geworden over Tierradentro. Je moet er wel wat voor doen om er te komen 😉

Vanuit Popayán brengt een traag busje je in zo’n 5 uur (als je geluk hebt) over smalle modderige wegen naar San Andrés de Pisimbalá. Je kunt de buschauffeur vragen of je bij de ingang van het park mag uitstappen. Daar zijn een aantal leuke ‘hospedajes’ (guesthouses) waar je voor een prikkie een privé kamer hebt. Je bent hier aangewezen op het eten wat de eigenaren voor je klaarmaken, maar dat is eigenlijk best gezellig, want vaak eet je gewoon samen met de familie.

Na een stevig ontbijt is het tijd voor de 8 uur durende hike! Overigens is de hele route ook in twee meer relaxte dagen af te leggen. De entree was destijds 25.000 peso (7 euro) en je krijgt er een leuk paspoortboekje bij waarmee je stempels kan halen bij de verschillende stops. Vanaf de musea loop je eerst een steil stuk naar boven maar word je direct beloond met een prachtig uitzicht!

De eerste stop is Segovia, de plek met de best bewaard gebleven tombes. Je wordt hier direct ontvangen door vriendelijke medewerkers die graag wat willen vertellen over Tierradentro en de tombes laten zien. Ze spreken geen Engels maar proberen van elke toerist die ze tegenkomen een nieuw woordje te leren.

Vroeger waren de tombes onbeschermd maar tegenwoordig hebben ze er daken overheen gebouwd. Het hele plaatje ziet er daardoor iets minder mooi uit, maar het is wel veel beter voor het behoud van de tombes. We keken onze ogen uit toen we naar beneden klommen en een kijkje mochten nemen: alles is zo goed bewaard gebleven!

De grootste en diepste tombes zijn te vinden bij Segovia. Een aantal zijn inmiddels gerenoveerd, hier mag je naar beneden klimmen en rondkijken. Bij sommigen zijn er lampen geplaatst, bij de andere geven ze je een zaklamp mee om de vele decoraties en schilderingen te bekijken. Een aantal staan helaas op instorten en zijn afgesloten voor publiek.

De wandeling tijdens de eerste helft van de route is nog niet zo zwaar, omdat de stops op ‘slechts’ 1850 meter hoogte zijn. Hierdoor kun je ultiem genieten van de prachtige uitzichten!

Vanaf Segovia is het zo’n half uur flink naar boven klimmen naar El Duende. Deze stop telt vier tombes en hier zijn de versieringen het best bewaard gebleven.

De tombes bij El Duende zijn smaller en daardoor moeilijker in- en uit te klimmen, maar heel indrukwekkend.

Na El Duende is het nog even bikkelen naar de top, maar word je uiteraard weer beloond met een fantastisch uitzicht 🙂

Vanaf dat punt loop je relaxt naar beneden naar de volgende stop: El Tablón. Hier staan een aantal standbeelden, het is een soort miniatuurversie van San Agustín. Deze stop vond ik het minst interessant, maar de wandeling er naartoe en er vandaan was wel heel mooi.

Drie kwartier later kom je aan in het rustige dorpje San Andrés de Pisimbalá. Als het goed is moet dit rond lunchtijd zijn, dus een ideale plek om even bij te komen en iets te eten. Er is hier maar één restaurant en het eten is prima.

Na een uur flink doorstappen (en glijden, het pad begint hier al behoorlijk modderig te worden) kom je aan bij San Andrés. De medewerker begroet je vriendelijk, opent de luiken van de tombes en zet de stempel in je Tierradentro-paspoort. Ook de lieve straathonden, die vanaf het dorp met ons zijn meegewandeld, willen ons heel graag de tombes laten zien 🙂

Het uitzicht vanaf San Andrés is weer prachtig. We hebben hier een tijdje gerelaxed waarna we aan de lange wandeling richting El Aguacate begonnen.

Eens in de zoveel tijd komen we een toerist tegen, maar wat we vooral zien is de lokale bevolking. Ongelofelijk dat zij dit zware en steile pad zowat dagelijks gebruiken.

Het is echt hijgen en puffen naar de volgende top, ik houd mijn veel fittere reismaatje bijna niet meer bij. Maar wat worden we weer beloond met het uitzicht! Eén van de honden die meewandelde en halverwege zomaar verdween, duikt ineens ook weer bij ons op, helemaal uitgeput. Die belonen we uiteraard met wat lekkers 🙂

We komen steeds dichterbij onze volgende stop, maar genieten hier al volop van het uitzicht.

De laatste stop is El Aguacate, op 2700 meter hoogte. Helaas geen medewerker die ons begroet en een stempel voor ons zet, waarschijnlijk omdat hier bijna niemand komt. We hebben het rijk voor ons alleen en nemen een kijkje in bijna elke tombe. Helaas zijn deze tombes het minst goed bewaard gebleven, maar de bijzondere locatie maakt alles goed.

We beginnen na een korte pauze aan onze laatste lange wandeling: een uur lang steil naar beneden. Makkie, denken we! Maar eigenlijk is dit nog veel belastender voor je voeten. Het laatste stuk is extreem modderig en dat leidt tot hilarische glijpartijen.

Aan het eind van de middag bereiken we ons hospedaje weer: we zijn helemaal kapot maar dolblij en voldaan! Na een heerlijk diner val ik direct in slaap. Dit is één van de beste hikes die ik heb gedaan. Er zijn veel bezienswaardigheden onderweg, maar je wordt ook continu beloond met geweldige uitzichten. Bovendien is er bijna geen toerist te bekennen. Kortom: Tierradentro moet je hebben gezien!