‘Eerste deel Filipijnen’
TINEKE WINK
Na een hele lange vliegreis met 2 overstappen (in Londen en Kuala Lumpur), landden we na 20 uur reizen eindelijk in Manila, de hoofdstad. We zijn dolblij als we het vliegtuig uitstappen. De laatste vier uurtjes waren echt afzien. Weinig beenruimte, in het midden zitten en de meest heftige snurker ooit op de rij voor ons. Wat een opluchting als die 4 uren dan voorbij zijn. Ook zijn we ontzettend gaar na twee hele korte nachten.
Manila
We pakken een taxi die ons naar ons hostel brengt. De taxichauffeur heeft nog nooit van de straat gehoord en een tomtom heeft ie niet, dus hij doet eerst bij zijn collega’s rondvraag. Het valt ons meteen op hoe chaotisch en heftig het verkeer hier is. Buiten een aantal stoplichten en zebrapaden doen ze hier niet aan verkeersregels. Automobilisten halen elkaar van links en rechts in en schromen dan niet om even hevig te toeteren dat ze er langs willen. Voorrang nemen lijkt hier de norm. Wat geen zin heeft als het verkeer muurvast zit. Ze doen ook soms maar wat. Zo rijdt onze chauffeur aan de verkeerde kant een eenrichtingsweg in en komt er vervolgens achter dat hij om moet keren als een stoet auto’s hem, al claxonerend, tegemoet komt. Bij het hostel aangekomen geeft de meter 280 pesos aan, wat omgerekend neerkomt op zo’n 5 euro. Dat zijn nog eens fijne taxiprijzen!
Groot contrast
In Manila valt ons het gigantische contrast tussen arm en rijk op. Zo lopen er in onze wijk arme mensen die in hele families op straat rondhangen. Toch zijn ze ontzettend vrolijk en begroeten ze ons enthousiast. Lopen we twee kilometer verder dan komen we bij een paar enorme shoppingmalls uit waar de kinderen er tiptop bij lopen. Heel bizar om dat contrast zo te zien. De prijzen in deze stad kunnen ook heel erg verschillen. Wij slapen in een budget hostel voor 5 euro pp per nacht en eten een (blauwe!) hamburger en pasta voor minder dan een euro. De eigenaar is verlegen en duidelijk niet gewend aan toeristen. Nauwelijks verstaanbaar vraagt hij welke kleur hamburger ik wil. Het duurt even voor ik hem begrijp (hebben hamburgers een kleur dan?). Op het terras van de luxe shoppingmall zitten we bij een bar waar de deur voor ons wordt opengehouden en de ijskoffie meer dan 3 euro kost (wat heel veel is hier).
In Manila is het een hele uitdaging om het zebrapad over te komen. Daar stoppen de automobilisten niet standaard als je het zebrapad oversteekt. Ze proberen zich er nog snel tussen te manouvreren. Ik houd best wel van de stad maar vergeleken met Amsterdam is deze stad heel heftig en vind ik die prikkels na een paar dagen wel weer genoeg. We hebben er gewinkeld (in een enorme shoppingmall met meerdere verdiepingen), het uitzicht van een sky bar bewonderd en lekker gegeten. Maar na 1,5 dag is het tijd om verder te gaan. Die rust waar ik naar op zoek ben vinden we gelukkig wel op onze volgende bestemming.
Nachtbus
Vanuit Manila is het 9 uur reizen met de nachtbus naar Banaue. Geen luxe bus, maar best te doen. Ik gooi er een slaappil in, doe oordoppen in en dan is het zo ochtend. Nog half slaapdronken stappen we 9 uur later uit in Banaue waar er allemaal jeepney- en tricycle bestuurders (motor met zijspan) ons op zitten te wachten en willen dat je door hen gebracht wordt naar Batad. Onze volgende bestemming. Wij willen eerst rustig ontbijten en wakker worden voor we straks veel te veel betalen. Uiteindelijk maken we een goede deal – voor 600 pesos pp – 10 euro – zitten we op het dak van een jeepney die ons in een uur naar Batad brengt. Wat een geweldige ervaring om op deze manier te genieten van de mooie uitzichten onderweg, het uur vliegt voorbij. Het laatste half uur moeten we lopen, een berg af. Een hele onderneming om in Batad te komen, maar als je er eenmaal bent is het die moeite meer dan waard. Wat een geweldig dorpje!
Batad
Als we aankomen bij onze guesthouse zijn we verrast door het fantastische uitzicht op de bergen en rijstvelden. Hier gaan we ons wel vermaken! We doen rustig aan vandaag, aangezien we moe zijn van het vele reizen en de nacht in de bus. We gaan heel lang bij een viewpoint chillen met een verse kokosnoot. We genieten van het uitzicht, de spelende kinderen en het niksdoen. Ik laat per ongeluk mijn dopper vallen die een paar meter lager terecht komt. Ik doe een poging om deze te pakken maar ben bang dat ik uitglijd. Een vrouwtje ziet me stuntelen en is zo lief om hem voor me te pakken. De locals zij ontzettend lief maar ook heel arm dus proberen ze hun diensten aan je te verkopen (massage, gids bij een hike, eten en drinken…). Zo is er ook een massagevrouwtje die bij onze guesthouse langskomt. Volgens haar zou ik hebben toegezegd een massage van haar te willen. Wat niet zo is, toen we haar eerder tegenkwamen zei ik dat we dat misschien wel wilden maar had ik geen toezeggingen gedaan. Ondertussen hadden we al een andere massage aangeboden gekregen en daar ja op gezegd. Nu voel ik me een tikkeltje schuldig, maar gelukkig hebben ze het onderling opgelost (iedereen kent elkaar daar) en krijgen we van maar liefst van 3(!) vrouwen een massage in onze eigen kamer. Heel bizar, maar het is een super fijne massage. Voor 5 euro een uur lang full body massage waar je in nederland 10 x zoveel zou betalen. Na afloop zijn we helemaal loom en zen.
Trekking
Na een heerlijke nacht slaap staat er een trekking op het programma. We gaan samen met twee Spanjaarden en een gids op pad. Ik heb me van te voren niet ingelezen over de trekking en laat me verrassen. Het is een tocht van ongeveer 5 uren. In het begin heel relaxt met indrukwekkende uitzichten, tot de paden steeds smaller worden en het pad modderiger. We lopen praktisch de hele weg langs een diepe afgrond. Op een gegeven moment glijd ik een paar keer bijna uit en word ik steeds angstiger. Ik voel dat ik heel erg last heb van hoogtevrees, wat ik altijd heb als er geen hek oid voor de afgrond staat. De gids is super lief en begeleidt me met de stappen die ik zet. Ingrid is gelukkig niet bang en helpt me ook waar ze kan. De gids probeert me steeds gerust te stellen dat de weg steeds makkelijker begaanbaar wordt. Wat lief bedoeld is maar niet zo is. Dan begint het ook nog eens te regenen waardoor het nog meer een modderpoel wordt. Als we het moeilijkste stuk hebben gehad en bij het eerstvolgende hutje schuilen en met z’n allen een kokosnoot delen voelt het een beetje als Expeditie Robinson. Survivalen. Aan het eind ben ik zo trots op mezelf. Als ik had kunnen opgeven had ik dat gedaan. Ik heb nooit zoiets engs gedaan en ben in mijn leven nog nooit zo uit mijn comfort zone gekropen. Later lees ik ook dat je deze wandeling alleen met gids kunt doen of beter helemaal niet… Maar het was ook een mooi avontuur dat me altijd bij gaat blijven. Ik denk nu al dat dit een van de meest bijzondere plekken van de reis zal zijn, ook omdat er zoveel emoties in 1 dag voorbij kwamen. Van ongemakkelijkheid naar angst naar heel erg gelukkig.
Geen luxe
Alles in Batad is heel basic. Er is geen internet en weinig elektriciteit. We slapen in hutjes, we douchen in hokjes met koud water, de wc is heel primitief en moeten we doorspoelen met een emmer water, we liggen op dunne matrassen en slapen in een hut. Er is 0,0 luxe en dat vind ik helemaal niet erg want ik heb hier zoveel geluksmomenten. Ontbijten met een bananenpannenkoek met thee en ondertussen uitkijken op rijstvelden, spelende kinderen die met niks heel tevreden lijken te zijn, een biertje na een lange wandeling, de warmte en waar ik nog het meest van geniet is de vrijheid. Geen verplichtingen en soms gewoon een beetje voor je uitstaren. Niet denken dat dat zonde van je tijd is want we hebben alle tijd. Hier voelt een dag soms als een week, in Nederland voelt een week soms als een dag.
Als we na twee dagen in dit dorpje teruggaan naar Banaue voor de nachtbus terug naar Manila moeten we 30 min lang omhoog klimmen. Er is wel een trap gelukkig, maar het is heel erg zwaar en zeker na een hike. In Batad is geen verkeer en mensen moeten alles daar lopend doen. Als ze iets van de stad nodig hebben, zoals golfplaten, dan moeten ze dat sjouwen. ze zijn het gewend maar ik heb veel respect voor hun levensstijl.
Daarna volgt een vrij heftig ritje met de tricycle naar Banaue. Het voertuig is bedoeld voor 2 extra personen maar de bestuurder heeft ook nog iemand achterop zitten. Als we een stijle weg naar boven moeten verliest ie de macht over het stuur en kunnen we gelukkig nog op tijd uitstappen voordat er ongelukken gebeuren. De rest van de rit is gelukkig naar beneden en gaat dus soepeler, maar lekker zit ik niet meer. Geef mij die jeep die we op de heenweg hadden maar!
Tijd doden in Manila
We komen iets na 4 uur in de nacht aan in Manila. Omdat we al in de bus hebben geslapen vinden we het niet nodig om nog een accomdatie te zoeken. Ons vliegtuig naar de volgende bestemming gaat echter pas om half 4 dus we moeten nog heel wat tijd overbruggen. Gelukkig is er een supermarkt open en kunnen we daar thee en koffie drinken. Verder vullen we onze ochtend met nog een keer naar de skybar en heel lang op het terras zitten met een ijskoffie, een beetje lezen en schrijven en de tijd vliegt voorbij. Helaas hebben we wel vertraging waardoor we pas om 6 uur vliegen en in de avond op onze volgende bestemming aankomen, Cebu. In de Filipijnen ben je veel tijd (en geld) kwijt aan reizen maar het hoort er nou eenmaal bij als je veel van een land wilt zien.
In Cebu blijven we gelukkig maar 1 nacht want we hebben geen goede indruk van de stad, ook al maken we er weinig van mee. We maken de allereerste onaardige taxichauffeur mee, het hostel is onpersoonlijk en niet gezellig en de stad is grimmig en chaotisch. De volgende ochtend reizen we alweer verder naar Bohol, een groen eiland op 2 uur vaarafstand. Hier zijn we al snel onder de indruk van de mooie natuur en van ons resort. Het woord resort suggereert dat het luxe is en dat is het ook wel meer vergeleken met de andere plekken. De accomodatie is simpel maar fijn en we hebben hier een zwembad (pre!) en een eigen terras. Van dat zwembad maken we dan ook gelijk een hele middag gebruik, heerlijk om nu te kunnen afkoelen met temperaturen van 30 graden of meer (maar ik klaag zeker niet!)
Scooterrit
Bij ons cottage zit de huur van de scooter bij de prijs in. Op dag 2 besluiten we hier eens goed gebruik van te maken. Echter is de scooter half automatisch en is het schakelen wel even wennen voor ons waardoor ik er nog niet zo’n vertrouwen in heb. Gelukkig heeft Ingrid na een tijdje de scooter onder controle en kunnen we genieten van de mooie route. We rijden naar de Chocolate Hills, bijzondere kegelvormige heuvels uit kalksteen. In het droge seizoen worden ze bruin en lijken ze op chocoladebonbons. Het is een tocht van in totaal 150 km dus we spenderen heel wat uurtjes op de scooter. Wat natuurlijk heel veel zadelpijn oplevert (we moeten daarom om het uur een pauze nemen) maar ook een inkijk in het leventje van de locals op dit eiland en veel mooie uitzichten. Kinderen die langs de weg lopen en enthousiast zwaaien, bepakte scooters (hele families op 1 scooter of iemand die bijv een hele houtvoorraad meeneemt, rijstvelden, bossen, drijvende restaurants op de Loboc rivier… Ik heb het gevoel alsof we in de jungle zijn. De uitzichten vervelen nooit. Op de meeste stukken is gelukkig weinig verkeer en als we niet weten waar we zijn dan staan er genoeg vriendelijke locals klaar om ons te helpen. Ze nemen hier uitgebreid de tijd voor je, heel fijn! De chocolate hills zijn de lange tocht meer dan waard, wat is het hier mooi! We gaan los met de camera en go pro op het uitzichtpunt en drinken daarna nog een biertje op deze mooie plek.
Strand
De dag erna gaan we eindelijk naar het strand. Het is 2 km te lopen, wat best te doen is, maar we worden continue aangesproken door locals of we vervoer willen. Mee in de tricycle of een lift op hun scooter (echt niet dat we daar met zn drieeen op gaan zitten). We wimpelen ze een voor een vriendelijk af. Op het strand liggen we voornamelijk in de schaduw. De zon is hier heel verradelijk en we moeten nog wel wat bruiner worden om de kans op verbranden te verkleinen. Desondanks zijn we na een paar uur toch verbrand en komt het maar al te goed uit dat we om 14.00 in een taxi met airconditioning naar de veerhaven worden gebracht. Terug naar Cebu, om een nachtje te slapen en door te reizen naar de volgende bestemming – een klein eiland dat nog niet ontdekt is door het massatoerisme – Siargao. We zijn in een week al vier bestemmingen verder dus het reistempo ligt best hoog. Maar voor de komende drie bestemmingen nemen we drie weken de tijd. Dat scheelt reistijd en reiskosten en we vinden het wel lekker om wat langer op een plek te blijven.